Gehanteerde technische uitgangspunten
Gehanteerde technische uitgangspunten
Bij de samenstelling van de begroting 2019 e.v. zijn de navolgende algemene uitgangspunten te hanteren:
IJkpunt
De Begroting 2019 en Meerjarenraming 2020-2022 is opgesteld op basis van het tot en met de Kadernota 2019 vastgestelde beleid c.q. meegenomen ontwikkelingen. De begroting 2019 e.v. (inclusief de programma's en de paragrafen) is in eerste instantie opgesteld exclusief nieuw beleid en budget verruimende maatregelen.
Het nieuwe beleid en deze budget verruimende maatregelen zijn in het onderdeel Uitkomsten integrale afweging gekoppeld aan primitieve begroting 2019-2022. De verwerking hiervan vindt plaats door middel van de 1e begrotingswijziging van 2019. Zowel de primitieve begroting als de 1e begrotingswijziging worden voorgelegd aan de raad ter besluitvorming.
Materieel sluitende begroting
Het streven op basis van het College Resultaten Plan (CRP) is een structureel materieel sluitende begroting en meerjarenraming voor tenminste de eerste twee jaarschijven.
Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)
De Begroting 2019 en Meerjarenraming 2020-2022 is opgesteld conform de wet- en regelgeving Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV).
Aantal inwoners
Mede op basis van de bevolkingsprognose Gelderland 2016, door Provincie verstrekte prognose inwonersaantallen en aantal huishoudens en onze eigen inzichten is voor de Begroting 2019 en de Meerjarenraming 2020-2022 uitgegaan van de navolgende aantallen inwoners:
|
Werkelijke stand 1-1-2018 |
1-1-2019 |
1-1-2020 |
1-1-2021 |
1-1-2022 |
Totaal aantal inwoners per 1-1 |
11.341 |
11.141 |
11.135 |
11.091 |
11.050 |
Waarvan jonger dan 20 jaar |
2.346 |
2.350 |
2.300 |
2.200 |
2.100 |
Waarvan ouder dan 64 jaar |
2.579 |
2.700 |
2.750 |
2.850 |
2.950 |
De bevolkingsprognose Gelderland 2014 loopt tot en met 2034.
De verwachting is dat:
- de bevolkingsomvang van Gelderland minder hard zal groeien dan in de vorige prognose voorspeld werd;
- de natuurlijke aanwas (geboortes minus sterftes) voor het eerst negatief zal zijn;
- rond 2019 voor het eerst 1 op 5 Gelderlanders 65 jaar of ouder is.
Aantal huishoudens
Voor de raming van het aantal huishoudens hebben wij ons gebaseerd op de door de Provincie verstrekte gegevens van Primos (bron: Primos 2012 plus Trend).
|
Werkelijke stand 1-1-2018 |
1-1-2019 |
1-1-2020 |
1-1-2021 |
1-1-2022 |
Aantal huishoudens |
5.121 |
5.310 |
5.310 |
5.320 |
5.320 |
Onvoorzien
De post onvoorzien wordt gesteld op een vast bedrag van € 15.000.
Rentepercentages
In de begroting 2019 worden mede op basis van de actuele rentetarieven van de BNG (april 2018) de navolgende rentepercentages gehanteerd:
Financieringstekort (rentelast kasgeld 1 maand) | 0,05% |
Financieringsoverschot (rentebaat deposito 1 maand) | 0,00% |
Rente eigen financieringsmiddelen (bespaarde rente) | 0,00% |
Rente lang geld (lang geld gelijk 25 jaar) | 1.66% |
Algemene uitkering uit het gemeentefonds
De algemene uitkering uit het gemeentefonds is in de begroting 2019 e.v. geraamd op basis van de meicirculaire 2018.
Algemene inflatiecorrectie
Ten aanzien van de in de Begroting 2019 opgenomen ramingen is ten opzichte van de actuele ramingen 2018 uitgegaan van een algemene inflatiecorrectie van 2,30%. Dit inflatiecorrectiepercentage is gebaseerd op de Centraal economische Plan 2018 "Economie op stoom" (maart 2018) van het Centraal Plan Bureau (CPB). Het percentage is berekend op basis van de prijsmutatie overheidsconsumpties en de beloning werknemers. Het gemiddelde van deze indicatoren komt uit op 2,30%. In de Begroting 2019 is in principe een inflatiecorrectiepercentage van 2,30% toegepast op de inkomsten.
Belastingopbrengsten
Bij de raming van de opbrengst van de gemeentelijke heffingen is - m.u.v. de rioolrechten, de precario op ondergrondse kabels en leidingen, de toeristenbelasting en de parkeerheffing - rekening gehouden met een algemene inflatiecorrectie van 2,30%. De korting op de OZB is komen te vervallen met ingang van begrotingsjaar 2019. De opbrengst van de rioolrechten is gebaseerd op het kostendekking conform het Watertakenplan 2018-2022. De precario op kabels en leidingen mag wettelijk niet worden verhoogd en blijft gebaseerd op het tarief 2016. Deze raming wordt meegenomen tot en met begrotingsjaar 2021. De toeristenbelasting en de parkeerheffing wordt niet elk jaar verhoogd met het inflatiepercentage. Jaarlijks zal worden gekeken of het tarief met € 0,05 kan worden verhoogd.
Salarislasten eigen personeel
Op basis van de Centraal economische Plan 2018 "Economie op stoom" (maart 2018) en de daarin geprognotiseerde contractloon ontwikkeling van 2,3% plus 0,9% voor pensioenpremies is met een loonkostenstijging van 3,2% rekening gehouden bij het opstellen van de Begroting 2019. Deze raming is inclusief de structurele financiële consequenties van het inrichtingsplan sociaal domein Doesburg.
Constante prijzen
De Begroting 2019 en de Meerjarenraming 2020 - 2022 zijn gebaseerd op basis van het prijspeil per 1 januari 2019 en zijn geraamd in constante prijzen.
Kapitaallasten nieuwe investeringen
Bij de berekening van de kapitaallasten van nieuwe investeringen wordt voor wat betreft de rentecomponent uitgegaan van de begrote marktrente van lang geld te weten 1,66%. De afschrijvingslasten worden op basis van artikel 6 van de financiële verordening bepaald en begroot met ingang van het dienstjaar volgend op het jaar waarin de investering gerealiseerd wordt. In de eerste jaarschijf (jaar van realisatie) wordt bij de bepaling van het renteomslag–percentage een half jaar rente geraamd.
Aantal bijstandsuitkeringen
Het aantal bijstandsuitkeringen (maatstaf algemene uitkering) houdt rekening met de verlaging van het aantal uitkeringen zoals deze worden aangegeven in het plan van aanpak BUIG. De volgende aantallen (deze zijn exclusief partners) zijn voor de komende jaren begroot:
|
2019 |
20120 |
2021 |
2022 |
WWB |
260 |
250 |
240 |
230 |
IOAW/IOAZ |
22 |
22 |
22 |
22 |
BBZ |
3 |
3 |
3 |
3 |
Totaal |
285 |
275 |
265 |
255 |
Subsidies en inkomensoverdrachten
In het BBV wordt nader onderscheid gemaakt tussen subsidies en inkomensoverdrachten. De subsidies en inkomensoverdrachten voor 2019 zijn geraamd op basis van het niveau van 2018, vermeerderd met de inflatiecorrectie.
Stortingen in voorzieningen
De stortingen in de voorzieningen zijn gebaseerd op de meest actuele beheersplannen, waarbij de verrekeningen met de voorzieningen voor riolering zijn gebaseerd op het Watertakenplan Olburgen 2018-2022. Voor onderhoud van wegen is recent (weer) een voorziening ingesteld. Dit o.a. op grond van de beschikbaarheid van een actueel beheersplan. (In Programma 2 en in het als bijlage opgenomen overzicht Lasten en baten per taakveld kwalificeert de storting in deze voorziening nog als reservemutatie.)
Saldering reserves
De dotatie en onttrekking van enkele bestemmingsreserves gebeurt op begrotingsbasis budgettair neutraal (dotatie gelijk aan onttrekking) of op basis van een realistische planning (bestemmingsreserve kapitaallasten). Op rekeningbasis wordt op basis van het werkelijke saldo gedoteerd, dan wel onttrokken.
Het gaat hierbij om de volgende bestemmingsreserves:
- bestemmingsreserve verkiezingen;
- bestemmingsreserve gladheidsbestrijding;
- bestemmingsreserve opleidingen personeel;
- bestemmingsreserve kapitaallasten.
Dividend
Het dividend is geraamd op basis van 90% van het gemiddelde gerealiseerde dividend van de afgelopen 5 jaar.