
6. Financieel perspectief 2026-2029
Financieel perspectief
Terug naar navigatie - Financieel perspectiefOnderstaand treft u op basis van de huidige inzichten een overzicht aan van het begrotingsperspectief 2026-2029 met daarin verwerkt de financiële consequenties van de begrotingsvoorstellen 2026-2029:
Financieel perspectief tot de kadernota: |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
---|---|---|---|---|
Begrotingsresultaat tot de kadernota 2026 |
-423.572 |
-426.637 |
-108.731 |
-108.731 |
Geraamde incidentele baten en lasten tot de kadernota 2026: |
||||
Energie transitie |
75.000 |
75.000 |
75.000 |
|
Nationaal isolatieprogramma |
50.000 |
40.000 |
||
Invoering omgevingswet |
50.000 |
50.000 |
50.000 |
|
Mutatie reserve (onttrekking) |
-175.000 |
-165.000 |
-125.000 |
|
Beschermd wonen lasten |
100.000 |
100.000 |
100.000 |
|
Mutatie reserve (onttrekking) |
-100.000 |
-100.000 |
-100.000 |
|
Uitvoeringsprogramma koersnota toerisme |
110.000 |
80.000 |
||
Structureel resultaat tot de kadernota 2026 |
-313.572 |
-346.637 |
-108.731 |
-108.731 |
Begrotingsresultaat tot en met de kadernota: |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
Begrotingsresultaat tot de kadernota 2026 |
-423.572 |
-426.637 |
-108.731 |
-108.731 |
Saldo alle begrotingsvoorstellen kadernota 2026: |
414.312 |
643.277 |
-211.383 |
-197.508 |
Begrotingsresultaat tot en met de kadernota 2026 |
-9.260 |
216.640 |
-320.114 |
-306.239 |
Structureel resultaat tot en met de kadernota: |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
Structureel resultaat tot de kadernota 2026 |
-313.572 |
-346.637 |
-108.731 |
-108.731 |
Structurele begrotingsvoorstellen kadernota 2026 |
484.312 |
643.277 |
-211.383 |
-197.508 |
Structureel resultaat tot en met de kadernota 2026 |
170.740 |
296.640 |
-320.114 |
-306.239 |
Per inwoner |
15 |
27 |
-29 |
-28 |
Grafiek
Terug naar navigatie - GrafiekToelichting
Terug naar navigatie - ToelichtingAlgemeen
Het structurele begrotingsresultaat bevat uitsluitend de structurele baten en lasten. In het totale begrotingsresultaat zijn naast de structurele baten en lasten ook de incidentele baten en lasten meegerekend.
Repressief toezicht houdt in dat de begroting en begrotingswijzigingen direct uitgevoerd kunnen worden (rechtskracht krijgen), zonder afhankelijk te zijn van een voorafgaande goedkeuring van het college van Gedeputeerde Staten. Ingeval van preventief toezicht is die voorafgaande goedkeuring wel nodig.
Er is altijd sprake van repressief toezicht als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- De begroting is structureel en reëel in evenwicht.
De structurele baten dekken ieder jaar de structurele lasten en de ramingen zijn realistisch. Als de begroting niet structureel en reëel in evenwicht is, dan moet aannemelijk zijn dat dit evenwicht uiterlijk in het laatste jaar van de meerjarenraming tot stand wordt gebracht. - De jaarrekening en begroting zijn op tijd ingezonden.
De jaarrekening vóór 15 juli van het jaar volgend op het verslagjaar en de begroting vóór 15 november van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar.
Effecten mei circulaire
Op het moment van het opstellen van de kadernota 2026 was de mei circulaire gemeentefonds 2025 nog niet verschenen. Wel is voorshands al rekening gehouden met de effecten van de voorjaarsnota 2025 van het kabinet (zie begrotingsvoorstellen). Uiteraard worden de (aanvullende) financiële effecten van de mei circulaire 2025 conform de algemene technische uitgangspunten wel in de komende begroting 2026-2029 verwerkt. Indien blijkt dat de effecten van de mei circulaire van significante betekenis zijn voor ons financieel perspectief 2026-2029, zoals uiteengezet in deze kadernota, zullen we uw raad daarover tijdig informeren.
Meerjarenperspectief
Zoals uit de bovenstaande tabel blijkt, zijn de jaarschijven 2026 en 2027 op basis van de huidige inzichten structureel sluitend. Hierbij wordt wel uitgegaan van een conforme en tijdige invulling van de bij de begroting 2025 ingeboekte bezuinigingsmaatregelen. Of dit perspectief ook voldoende is voor repressief toezicht is op dit moment nog onzeker. Het college van GS heeft bij de beoordeling van de begroting 2025 een drietal vanaf 2026 ingeboekte bezuinigingen vooralsnog als niet reëel beoordeeld, omdat nog niet voldoende aannemelijk werd gemaakt dat er voldoende zekerheid bestaat dat de maatregelen tijdig en volledig gerealiseerd zullen worden. Dit betreft:
- Sluiten / beperken subsidie sporthal Beumerskamp / zwembad
- Afstoten stadhuis
- Schrappen 0,5 Fte wethouders volgende zittingsperiode
Indien deze bezuinigingsmaatregelen in het structurele financiële perspectief buiten beschouwing worden gelaten dan is het resultaat onvoldoende om in aanmerking te komen voor repressief toezicht:
Structureel resultaat tot en met de kadernota: |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
---|---|---|---|---|
Structureel resultaat tot en met de kadernota 2026 |
170.740 |
296.640 |
-320.114 |
-306.239 |
Onzeker aangemerkte posten GS bij de beoordeling van de begroting 2025 |
||||
Sluiten / beperken subsidie sporthal Beumerskamp / zwembad |
-200.000 |
-250.000 |
-250.000 |
-250.000 |
Afstoten stadhuis |
-315.000 |
-315.000 |
-315.000 |
-315.000 |
Schrappen 0,5 Fte wethouders volgende zittingsperiode |
-25.000 |
-50.000 |
-50.000 |
-50.000 |
Structureel resultaat tot en met de kadernota 2026 GS |
-369.260 |
-318.360 |
-935.114 |
-921.239 |