
Paragrafen
Paragraaf A | Lokale heffingen
Terug naar navigatie - - Paragraaf A | Lokale heffingenParagraaf A | Lokale heffingen
Terug naar navigatie - Paragraaf A | Lokale heffingen - Paragraaf A | Lokale heffingenInleiding
In deze paragraaf geven wij inzicht in de tarieven en inkomsten met betrekking tot de lokale heffingen. De lokale heffingen vormen een belangrijke inkomstenbron voor de gemeente. De inkomsten worden voor het merendeel opgebracht door de inwoners en voor een kleiner deel door bedrijven. De heffing vindt plaats op basis van verordeningen die door de gemeenteraad zijn vastgesteld.
De lokale heffingen bestaan uit het totaal van belastingen, rechten en (bestemmings-)heffingen.
• Belastingen; de inkomsten uit belastingen zijn niet gelabeld en kunnen daarom voor alle gemeentelijke taken en/of voorzieningen worden ingezet. Voorbeelden zijn de onroerende zaakbelasting en de toeristenbelasting.
• Rechten: worden geheven voor diensten die geleverd worden aan een individuele aanvrager. Rechten worden ook wel leges of retributies genoemd. Voorbeelden zijn leges voor het aanvragen van een rijbewijs, het aanvragen van een omgevingsvergunning en de lijkbezorging. Bij het heffen van rechten gelden beperkingen: er mag geen winst gemaakt worden op de diensten en voor een aantal diensten heeft de rijksoverheid een maximumtarief bepaald.
• (Bestemmings-)heffingen: worden geheven voor specifieke taken of voorzieningen met een duidelijk algemeen belang. De inkomsten kunnen uitsluitend worden besteed aan die specifieke taak waarvoor de heffing is opgelegd. Voorbeelden zijn de afvalstoffen- en rioolheffing. Voor deze heffingen geldt dat de gemeente niet meer in rekening mag brengen dan de kosten die zij voor de betreffende taak of voorziening maakt.
In de paragraaf lichten we de volgende onderdelen toe:
1. Het beleid.
2. De inkomsten uit lokale heffingen en de kostendekking.
3. Kwijtschelding.
4. De lokale lastendruk.
Het Beleid
De gemeenteraad bepaalt via verordeningen welke gemeentelijke lokale lasten inwoners betalen alsook de hoogte van de tarieven. De belastingverordeningen worden jaarlijks in de decembervergadering door de raad vastgesteld voor het daaropvolgende begrotingsjaar. De tarieven voor de belastingen en leges worden in 2026 met conform de kadernota 2,7 % verhoogd ten opzichte van 2025. Bij de afvalstoffenheffing en rioolheffing is het uitgangspunt 100% kostendekkendheid. Eventuele voor- en nadelen op de taakvelden riolering en afval worden, zo mogelijk, via een egalisatievoorziening vereffend.
Overzicht lokale heffingen
Terug naar navigatie - Paragraaf A | Lokale heffingen - Overzicht lokale heffingenOverzicht lokale heffingen en geraamde inkomsten
De lokale heffingen bestaan uit belastingen en rechten. De belastingen dienen ter dekking van de algemene uitgaven van de gemeente en zijn in principe vrij besteedbaar. De rechten dienen ter dekking van de kosten die de gemeente maakt voor individuele dienstverlening aan de burger en zijn dus niet vrij besteedbaar.
Omschrijving |
Begroting 2026 |
Begroting 2025 |
Realisatie 2024 |
|
---|---|---|---|---|
Leges (excl. leges omgevingsvergunning) |
291.223 |
197.709 |
351.142 |
|
Parkeerheffingen |
643.956 |
593.048 |
575.300 |
|
Lig-, haven- en kadegelden |
101.309 |
101.309 |
71.755 |
|
Marktgeld |
4.557 |
4.557 |
3.680 |
|
Afvalstoffenheffing |
1.805.819 |
1.758.356 |
1.769.483 |
|
Rioolheffing |
1.506.069 |
1.411.611 |
1.119.134 |
|
Lijkbezorgingsrechten |
78.767 |
76.697 |
67.648 |
|
Leges omgevingsvergunning |
374.258 |
354.258 |
435.609 |
|
Onroerendezaakbelastingen |
2.847.260 |
2.484.072 |
2.386.242 |
|
Hondenbelasting |
63.240 |
59.240 |
51.030 |
|
Precariobelasting |
26.375 |
25.682 |
27.671 |
|
Toeristenbelasting |
432.850 |
421.470 |
484.831 |
|
Roerende-zaakbelastingen |
2.083 |
2.083 |
2.981 |
|
Reclamebelasting |
55.512 |
56.825 |
||
TOTAAL |
8.177.766 |
7.545.604 |
7.403.331 |
Belastingen
Terug naar navigatie - Paragraaf A | Lokale heffingen - BelastingenBelastingen
De gemeente kan alleen een belasting heffen als de wet daar de bevoegdheid toe geeft. De opbrengsten van de algemene belastingen komen ten goede aan de algemene middelen van de gemeente. Dit betekent dat de opbrengsten vrij te besteden zijn. Het gaat om de onroerende zaakbelastingen, toeristenbelasting, hondenbelasting, parkeerbelasting en reclamebelasting.
Onroerende zaakbelasting
Onroerende zaakbelastingen (OZB) zijn de belastingen op de waarde van een woning of bedrijf. Voor woningen mag alleen een eigenarenbelasting in rekening worden gebracht. Op basis van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) wordt ieder jaar van elk object de waarde vastgesteld. Deze waarde vormt de grondslag voor de berekening van de OZB aanslagen. Ontwikkelingen in de waarde als gevolg van de jaarlijkse herwaardering worden gecompenseerd via het tarief. Stijgt de waarde dan moeten de tarieven neerwaarts worden bijgesteld om de opbrengst niet meer te laten stijgen dan de inflatiecorrectie.
Parkeerbelastingen worden geheven voor:
a. een verleende vergunning voor het parkeren van een motorvoertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze;
b. een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende dagkaart voor het parkeren van een motorvoertuig op de in die dagkaart aangegeven plaats en wijze.
Toeristenbelasting
De toeristenbelasting wordt geheven voor het tegen vergoeding houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente.
Precariobelasting
Precariobelasting wordt geheven voor het in gebruik nemen van gemeentegrond, zoals bv. terrassen, voorwerpen voor reclamedoeleinden en bouwsteigers.
Hondenbelasting
De hondenbelasting is een directe belasting die wordt geheven voor het houden van een hond binnen de gemeente. De belasting wordt geheven naar het aantal honden dat wordt gehouden.
Reclamebelasting
Reclamebelasting werd geheven voor openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg. De opbrengsten werden uitbetaald aan de Stichting Centrum Belang Doesburg. Met ingang van 2025 is de reclamebelasting vervangen door een BIZ-heffing. De door de gemeente geïnde BIZ-heffing dient, onder inhouding van perceptiekosten te worden uitbetaald aan de Stichting Centrum Belang Doesburg volgens de Verordening Bedrijveninvesteringszone centrum Doesburg.
Bestemmingsheffingen
Terug naar navigatie - Paragraaf A | Lokale heffingen - BestemmingsheffingenDe inkomsten uit bestemmingsheffingen kunnen uitsluitend besteed worden aan die specifieke taak of voorziening waarvoor de heffing is opgelegd. De gemeente mag bij de begroting niet meer in rekening brengen dan de kosten die zij voor de betreffende taak of voorziening maakt. Mee- of tegenvallers worden, zo mogelijk, verrekend met de egalisatievoorziening.
Rioolheffing |
|||||
---|---|---|---|---|---|
In 2023 is het Watertakenplan Olburgen (WTPO) 2023-2027 vastgesteld. Hierin is aangegeven hoe de gemeente invulling geeft aan de wettelijke zorgtaken op het gebied van riolering, water en klimaatadaptatie (DPRA). Een belangrijk uitgangspunt van het nieuwe plan is het op lange termijn betaalbaar houden van de rioolheffing voor de inwoners. In onderstaand overzicht is de kostendekking voor riolering weergegeven. |
|||||
Taakveld |
Lasten |
Baten |
|||
Lasten |
|||||
7.2 Riolering |
1.032.120 |
||||
0.4 Overhead incl btw en rente |
477.138 |
||||
2.1 Straatreiniging |
56.245 |
||||
6.3 Kwijtschelding |
65.000 |
||||
0.10 storting vrz vervangingsinvest. |
202.569 |
||||
Totaal lasten |
1.833.072 |
||||
a |
|||||
Baten |
|||||
7.2 Opbrengst heffingen |
1.506.069 |
||||
0.10 onttrekking egalisatievrz. |
0 |
||||
Totaal baten |
1.506.069 |
||||
Dekkingspercentage |
82,2% |
||||
De rioolheffing wordt berekend op basis van het waterverbruik. Daardoor kan de opbrengst van de heffing behoorlijk schommelen. Dit wordt tot en met 2025 gecompenseerd door een onttrekking aan de egalisatievoorziening. De verwachting is dat het saldo van de voorziening na 2025 nihil zal zijn, hierdoor is onttrekking niet meer mogelijk. De opbrengst is in de begroting verhoogd met 2,7%, dit betreft de inflatiecorrectie. In het in 2023 vastgestelde watertakenplan is al aangegeven dat het te overwegen is om de heffingsmethodiek in de nabije toekomst te herzien. Er wordt momenteel gewerkt aan een voorstel tot herziening. Omdat de tarieven nu niet kostendekkend zijn zal de heffing voor 2026 met meer dan de inflatiecorrectie dienen te worden verhoogd. |
|||||
Afvalstoffenheffing |
|||||
De kosten van de afvalinzameling worden gedekt door de opbrengsten uit de afvalstoffenheffing. Dit gebeurt op basis van 100 % kostendekkendheid. Daarnaast worden de opbrengsten uit de milieustraat door medegebruik van buurgemeenten en de vergoeding voor gescheiden inzameling van Verpact ook meegenomen in de dekking. In onderstaand overzicht is de kostendekking voor afval weergegeven. |
|||||
Taakveld |
Lasten |
Baten |
|||
Lasten |
|||||
7.3 Afval |
1.839.879 |
||||
0.4 Overhead incl btw en rente |
373.354 |
||||
2.1 Straatreiniging |
116.245 |
||||
6.3 Kwijtschelding |
80.000 |
||||
Totaal lasten |
2.409.478 |
||||
a |
|||||
Baten |
|||||
7.3 Opbrengst belastingen |
1.805.819 |
||||
7.3 Overige opbrengsten |
529.200 |
||||
0.10 egalisatievoorziening |
74.459 |
||||
Totaal baten |
2.409.478 |
||||
Dekkingspercentage |
100% |
||||
De jaarlijkse overschotten of tekorten op de afvalstoffenheffing worden geëgaliseerd via de egalisatie voorziening afvalstoffenheffing. Hierdoor worden grote schommelingen in de te heffen afvalstoffenheffing voorkomen. In de afgelopen jaren zijn er door enkele meevallers telkens bedragen toegevoegd aan de voorziening. De kosten voor afvalinzameling stijgen in 2026 met 7,5% door o.a. hogere loonkosten. Door de opbrengsten met alleen de inflatiecorrectie van 2,7% te verhogen ontstaat er een tekort dat opgevangen wordt door een onttrekking aan de egalisatievoorziening. |
|||||
Rechten
Terug naar navigatie - Paragraaf A | Lokale heffingen - RechtenRechten
Rechten worden geheven als de gemeente een specifieke dienst verleent. Bij het heffen van rechten geldt dat er geen winst gemaakt mag worden op de diensten. De belangrijkste rechten zijn de leges die geheven worden op basis van de legesverordening. Ook de marktgelden en de lijkbezorgingsrechten horen bij dit onderdeel.
Overzicht leges (inkomsten en kostendekking) |
|||
---|---|---|---|
Begroting 2026 |
Begroting 2025 |
realisatie 2024 |
|
Leges algemene dienstverlening (hoofdstuk 1) |
€ 248.888 |
€ 156.535 |
€ 266.096 |
Leges leefomgeving en omgevingsvergunning (hoofdstuk 2) |
€ 375.157 |
€ 355.133 |
€ 457.039 |
Leges dienstverlening (hoofdstuk 3 vallend onder de Europese dienstenrichtlijn) |
€ 42.285 |
€ 41.174 |
€ 63.616 |
Totaal |
€ 666.330 |
€ 552.842 |
€ 786.751 |
Overzicht kostendekking |
|||
Begroting 2026 |
Begroting 2025 |
realisatie 2024 |
|
Leges algemene dienstverlening (hoofdstuk 1) |
|||
Lasten |
€ 811.880 |
€ 741.724 |
€ 803.046 |
Opbrengst leges |
€ 248.888 |
€ 156.535 |
€ 266.096 |
Dekkingspercentage |
31% |
21% |
33% |
Leges leefomgeving en omgevingsvergunning (hoofdstuk 2) |
|||
Lasten |
€ 559.155 |
€ 491.283 |
€ 499.522 |
Opbrengst leges |
€ 375.157 |
€ 355.133 |
€ 457.039 |
Dekkingspercentage |
67% |
72% |
91% |
Leges dienstverlening (vallend onder de Europese dienstenrichtlijn) (hoofdstuk 3) |
|||
Lasten |
€ 207.570 |
€ 204.491 |
€ 105.256 |
Opbrengst leges |
€ 42.285 |
€ 41.174 |
€ 63.616 |
Dekkingspercentage |
20% |
20% |
60% |
Kosten leges totaal |
€ 1.578.604 |
€ 1.437.498 |
€ 1.407.824 |
Opbrengsten leges totaal |
€ 666.330 |
€ 552.842 |
€ 786.751 |
Dekkingspercentage legesverordening |
42% |
38% |
56% |
A |
|||
A |
|||
Lijkbezorgingsrechten |
|||
Taakveld |
Begroting 2026 |
Begroting 2025 |
Realisatie 2024 |
Lasten |
|||
7.5 Begraafplaatsen |
115.525 |
92.203 |
72.383 |
0.4 Overhead |
62.566 |
40.975 |
30.590 |
Totaal lasten |
178.091 |
133.178 |
102.973 |
A |
|||
Baten |
|||
Opbrengsten belastingen |
78.767 |
76.697 |
67.648 |
Overige opbrengsten |
- |
1.534 |
|
Totaal baten |
78.767 |
78.231 |
67.648 |
Dekkingspercentage |
44% |
59% |
66% |
A |
|||
Marktgeld |
|||
Taakveld |
Begroting 2026 |
Begroting 2025 |
Realisatie 2024 |
Lasten |
|||
3.3. Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen |
14.869 |
14.513 |
14.035 |
0.4 Overhead |
10.393 |
10.720 |
9.488 |
Totaal lasten |
25.262 |
25.233 |
23.523 |
A |
|||
Baten |
|||
Opbrengst marktgelden |
5.828 |
5.828 |
3.679 |
A |
|||
Totaal |
23% |
23% |
16% |
Lokale lastendruk
Terug naar navigatie - Paragraaf A | Lokale heffingen - Lokale lastendrukDe lokale lastendruk vergeleken
Op de website van de provincie Gelderland zijn de gegevens te vinden van de belastingdruk per inwoner per Gelderse gemeente. Om een indruk te geven van de lokale belastingdruk van de gemeente Doesburg in regionaal verband wordt het onderstaande overzicht opgenomen:
Belastingdruk per inwoner |
||
---|---|---|
Gemeente |
2025 |
2024 |
Rheden |
552 |
484 |
Westervoort |
505 |
484 |
Montferland |
515 |
494 |
Doesburg |
536 |
476 |
Zevenaar |
552 |
537 |
Duiven |
541 |
476 |
Doetinchem |
521 |
514 |
Bronckhorst |
507 |
485 |
Gemiddelde Gelderland |
551 |
528 |
Kwijtscheldingsbeleid
Terug naar navigatie - Paragraaf A | Lokale heffingen - KwijtscheldingsbeleidKwijtscheldingsbeleid
In de gemeente Doesburg is het kwijtscheldingsbeleid van toepassing op de afvalstoffenheffing, het onderhoudsrecht graven en de rioolheffing. Het kwijtscheldingsbeleid wordt uitgevoerd op basis van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990. Deze regeling bevat een drietal toetsen die het mogelijk maken de financiële situatie van de belastingschuldige te beoordelen: de inkomenstoets, de vermogenstoets en de schuldentoets. Gemeenten hebben de beleidsvrijheid om tussen drie verschillende kwijtscheldingsnormen te kiezen: de 90%-, de 95%- of de 100%-norm.
In december 2022 is de 'verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen gemeente Doesburg' vastgesteld. In afwijking van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 wordt het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan vastgesteld op 100 procent. Dit betekent dat, uitzonderingen daargelaten, de meeste mensen die een uitkering op bijstandsniveau hebben in aanmerking komen voor kwijtschelding.
Excel tabel
Terug naar navigatie - Paragraaf A | Lokale heffingen - Excel tabelParagraaf B - Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Terug naar navigatie - - Paragraaf B - Weerstandsvermogen en risicobeheersingParagraaf B | Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Terug naar navigatie - Paragraaf B - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Paragraaf B | Weerstandsvermogen en risicobeheersingWeerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen. Daarbij worden de risico's meegenomen die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie. Het weerstandsvermogen is - tenzij anders vermeld in deze paragraaf - gebaseerd op de primaire begroting 2024. Het weerstandsvermogen is toereikend wanneer er voldoende mogelijkheden zijn om financiële tegenvallers op te kunnen vangen. Hiervan is dus sprake als het saldo tussen de weerstandscapaciteit en de risico’s positief is.
Inventarisatie van de weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en de mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten - die onverwachts en substantieel zijn - te kunnen afdekken. De weerstandscapaciteit van de gemeente Doesburg is:
Onderdeel |
Bedrag |
---|---|
Algemene reserve |
6.781.873 |
Onvoorzien |
15.000 |
Totale weerstandcapaciteit |
6.796.873 |
Onbenutte belastingcapaciteit
De onbenutte belastingcapaciteit is de ruimte die nog mogelijk is voor een tariefsverhoging OZB alvorens men toe kan treden als artikel 12 gemeente. In deze begroting nemen we hier geen post meer voor op aangezien dit niet op korte termijn kan worden ingezet en daarom niet geschikt is om incidentele tegenvallers op te vangen.
Algemene reserve
De algemene reserve bedraagt op basis van de begroting per 31-12-2026 € 6.781.873. Daarbij is rekening gehouden met het begrotingsresultaat 2025 en 2026.
Onvoorzien
Voor de post onvoorzien is een bedrag van €15.000 opgenomen in de begroting.
Inventarisatie van de risico’s
Een risico is een kans op het optreden van een gebeurtenis met een nadelig financieel gevolg. De risico’s die relevant zijn voor het weerstandsvermogen zijn die risico’s die niet op een andere manier zijn ondervangen (bijvoorbeeld via verzekeringen of via gevormde voorzieningen). Doen deze risico’s zich voor dan moeten de nadelige financiële effecten hiervan ondervangen worden via het weerstandsvermogen.
Risico wordt vaak als volgt gedefinieerd: Risico = Kans x Gevolg
Een risico is groter wanneer de kans van optreden en de gevolgen van optreden groter zijn. Een groot gevolg gecombineerd met een minimale kans wordt in het algemeen als niet belangrijk beschouwd, net als een grote kans met een minimaal gevolg. Afhankelijk van de kans en het gevolg kan een risico op 4 manieren worden aangepakt:
- Voorkomen: één of beide van de factoren kans en gevolg wegnemen;
- Verminderen: één of beide van de factoren kans en gevolg afzwakken;
- Uitbesteden: risico's onderbrengen bij verzekeraars;
- Accepteren: alleen bij zeer kleine kans en/ of zeer kleine gevolgen.
Risico’s en beheersing
Hieronder worden de 5 grootste risico's benoemd. Bij de risico's wordt tevens aangegeven op welke wijze we de risico's proberen te beheersen.
Cybercrime
De kans is reëel dat ook de gemeente Doesburg in de komende jaren een keer het slachtoffer wordt van een cybercriminaliteit. In het ergste scenario wordt er dan binnengedrongen in onze ICT omgeving, wordt er mogelijk kwaadaardige software geïnstalleerd; mogelijk bestanden onbruikbaar gemaakt of data buitgemaakt, die ongewenst openbaar gemaakt kan worden. In zo’n situatie worden we geconfronteerd met hoge kosten. Kosten i.v.m. analyseren van de omvang van de schade die ontstaan is; herstellen van de systemen en de mogelijk versleutelde gegevens. Ook krijgen we in zo’n situatie te maken met uitvoerende processen die stil komen te liggen en mogelijke gevolgschade hiervan. Ook zal er mogelijk sprake zijn van imagoschade en schade door identiteitsfraude.
Om deze risico's te beheersen zijn er o.a. de volgende maatregelen genomen:
- We maken gebruik van de diensten en expertise van ICT samen (uitvoering door de gemeente Doetinchem)
- We beveiligen de toegang tot onze digitale werkomgeving m.b.v. 2FA
- We investeren in bewustwording bij personeel en staf op gebied van Informatieveiligheid
Fluctuaties gemeentefonds
De algemene uitkering van het gemeentefonds maakt zo'n 60% deel uit van de gemeentelijke inkomstenbronnen. Dit betekent dat de financiële positie van de gemeente in sterke mate afhankelijk is van de ontwikkelingen binnen het gemeentefonds en dat nadelige gemeentefondsontwikkelingen derhalve de financiële positie van de gemeente behoorlijk onder druk kunnen zetten. De algemene uitkering uit het gemeentefonds heeft een omvang van bijna 28 miljoen euro in 2024. Het risico is ingeschat op 1% omdat het accres alleen nog wijzigt met loon- en prijsmutaties. Vanaf 2026 daalt de omvang van het gemeentefonds. Over de ontwikkeling van het gemeentefonds na 2026 is nog geen duidelijkheid. Op basis van de huidige gegevens is de uitkering voor Doesburg in 2026 ruim 2 miljoen lager.
Open einde regelingen sociaal domein
Het sociaal domein bevat een aantal open einde regelingen. Dit betreft dan met name de Participatiewet, de Jeugdzorg en de WMO. De laatste jaren zijn de budgetten voor de Jeugdzorg en WMO niet toereikend gebleken. Het risico is ingeschat op € 750.000 met een kans van 50%.
Beheersing: de invloedsfeer is beperkt door autonome ontwikkelingen, bv. aantal en zwaarte van de in te zetten zorg. In 2025 maken we gebruik van een praktijk ondersteuner van de huisarts (POH). Hierdoor verwachten we de doorverwijzing naar specialistische zorg te beperken. Verder sluiten wij aan bij de ontwikkelingen in de regio (hervormingsagenda). De hervormingsagenda richt zich op betere en tijdige zorg en ondersteuning, op de juiste plek en wanneer dit nodig is en een beheersbaar en daarmee duurzaam financieel houdbaar stelsel.
Personeel/Ontwikkeling arbeidsmarkt
Door schaarste op de arbeidsmarkt kan er een situatie ontstaan waarbij bepaalde vacatures lastig tijdig en adequaat kunnen worden ingevuld, waardoor relatief duurdere inhuur noodzakelijk is.
Verbonden partijen
Onze gemeente neemt deel aan diverse verbonden partijen. Een overzicht hiervan is terug te vinden in de paragraaf “Verbonden partijen”. Door onverwachte tegenvallers in de exploitatie van verbonden partijen is er een risico dat de bijdrage aan een dergelijke verbonden partij in een bepaald jaar hoger zal moeten zijn dan begroot . De tegenvallers van verbonden partijen worden in rekening gebracht bij de deelnemende gemeenten. Het maximale risico is bij de begroting ingeschat op € 500.000 met een kans van 10%.
Beheersing: We monitoren de ontwikkelingen van de verbonden partijen via tussentijdse rapportages. De invloed op tegenvallers gedurende het jaar is echter beperkt.
Algemene risico’s bouwgrondexploitatie
Bij het opstellen van grondexploitaties wordt ingespeeld op mogelijke risico’s. Gedurende de uitvoering van het project kunnen echter risico’s manifest worden die vooraf niet of niet juist zijn ingeschat. Dit kan met name het geval zijn bij exploitaties die zich over een langere periode van meerdere jaren uitstrekken. De risico’s kunnen worden onderverdeeld in gebied gerelateerde risico’s (bodem, archeologie e.d.) en marktrisico’s (economische ontwikkelingen, maatschappelijke ontwikkelingen e.d.). Binnen Doesburg zijn er op dit moment 2 grexen. Beiden bevinden zich in de eindfase. Deze sluiten naar verwachting af met een positief resultaat.
Verleende gemeentegaranties en aan derden verstrekte geldleningen
In de begroting is voor de gemeentegaranties een risico opgenomen van € 200.000. Het saldo waarvoor de gemeente nog garant staat is gedaald tot onder de € 2 miljoen. Voor verstrekte geldleningen wordt geen bedrag opgenomen. Het risico op verstrekte geldleningen betreft vooral een theoretisch risico. Op basis van het treasury statuut zijn er strenge eisen aan het verstrekken van leningen gesteld en wordt er zekerheid gevraagd. De leningen die niet bezwaard zijn met een hypothecaire lening zijn verstrekt aan organisaties die voldoende inkomsten genereren om de rente en aflossing te kunnen betalen.
Totaal risico's
In de onderstaande tabel worden de hiervoor genoemde risico’s van een financiële kwalificatie voorzien:
Risico's |
Kans |
Maximaal risico |
kans x financieel gevolg |
---|---|---|---|
Cybercrime |
25% |
1.000.000 |
250.000 |
Fluctuaties gemeentefonds |
1% |
30.000.000 |
300.000 |
Open einde regelingen sociaal domein |
50% |
750.000 |
375.000 |
Personeel |
80% |
600.000 |
480.000 |
Verbonden partijen |
25% |
500.000 |
125.000 |
Verleende garanties en geldleningen |
10% |
2.000.000 |
200.000 |
Totaal |
34.850.000 |
1.730.000 |
Weerstandsvermogen
Weerstandsvermogen is de verhouding tussen de weerstandscapaciteit en alle risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen. Bij weerstandsvermogen gaat het om de mate waarin de gemeente in staat is om middelen vrij te maken om substantiële tegenvallers op te vangen, zonder haar hele beleid om te hoeven gooien. Zoals uit onderstaand overzicht blijkt is het weerstandsvermogen laag.
Weerstandsvermogen: |
Ratio |
---|---|
Weerstandscapaciteit |
6.796.873 |
Risico's |
1.730.000 |
Weerstandsvermogen |
3,9 |
Het weerstandsvermogen is ruim voldoende om, wanneer een risico zich daadwerkelijk voordoet, de incidentele lasten op te vangen. Een minimum weerstandsvermogen van 2 wordt als voldoende beoordeeld. |
Kengetallen
De onderstaande kengetallen zijn ingevolge artikel 11 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) opgenomen. De kengetallen maken het voor de raad gemakkelijker inzicht te krijgen in de financiële positie van de gemeente Doesburg. Onder de tabel vindt u een korte toelichting en duiding van de kengetallen.
Kengetallen |
W2024 |
B2025 |
B2026 |
B2027 |
B2028 |
B2029 |
---|---|---|---|---|---|---|
Netto schuldquote |
12,7% |
25,8% |
26,5% |
29,5% |
31,9% |
31,4% |
Netto schuldquote gecorrigeerd met verstrekte leningen |
5,1% |
17,9% |
19,1% |
22,3% |
24,5% |
24,3% |
Solvabiliteitsrisico |
64,0% |
55,4% |
54,3% |
52,6% |
51,4% |
51,0% |
Grondexploitatie |
0,2% |
0,0% |
0,0% |
0,0% |
0,0% |
0,0% |
Structurele exploitatieruimte |
1,1% |
-1,0% |
0,5% |
0,9% |
-1,0% |
-0,3% |
Belastingcapaciteit |
106,6% |
100,3% |
111,7% |
111,7% |
111,7% |
111,7% |
Toelichting kengetallen
Terug naar navigatie - Paragraaf B - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Toelichting kengetallenNetto schuldquote en netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
De netto schuldquote weerspiegelt het niveau van de schuldenlast ten opzichte van de eigen middelen en geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie. Een schuldquote van minder dan 90% wordt als goed beoordeeld (minst risicovol).
Solvabiliteitsratio
Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Een ratio tussen de 20 en 50% wordt als goed beoordeeld.
Grondexploitatie
Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totale baten. Een waarde van het kengetal onder de 20% wordt als goed beoordeeld.
Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is. Er wordt gekeken naar de structurele baten en structurele lasten en deze worden vergeleken met de totale baten. Een positieve waarde geeft aan dat de structurele lasten zijn gedekt door structurele baten.
Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht in de mate waarin een financiële tegenvaller in het volgende begrotingsjaar kan worden opgevangen of de mate waarin er ruimte is voor nieuw beleid. De belastingcapaciteit van de gemeente is afgezet tegen het landelijk gemiddelde. Onze tarieven lopen redelijk in de pas met het landelijk gemiddelde mede door het niet verhogen van de afvalstoffenheffing.
Paragraaf C - Onderhoud kapitaalgoederen
Terug naar navigatie - - Paragraaf C - Onderhoud kapitaalgoederenParagraaf C | Onderhoud kapitaalgoederen
Terug naar navigatie - Paragraaf C - Onderhoud kapitaalgoederen - Paragraaf C | Onderhoud kapitaalgoederenIn deze paragraaf wordt voor de kapitaalgoederen wegen, riolering en water, civiele kunstwerken, groen, gebouwen, openbare verlichting en speelgelegenheden achtereenvolgens aandacht geschonken aan het beleidskader, het beheer/de ontwikkelingen en de uit het beleidskader voortvloeiende financiële consequenties.
Wegen
Beleidskader
De gemeente heeft de plicht de openbare wegen te onderhouden. Dit doen we door uitvoering te geven aan een Beleids- en beheerplan Wegen. Doesburg werkt met beeldkwaliteiten, conform de Nota Ruimtelijke Kwaliteit Doesburg (NRK). In juli 2024 is het Meerjarig Investering Programma wegen plus 2024-2028 vastgesteld. Bij een tussentijdse evaluatie van dit plan in 2025 zijn enige bijstellingen gedaan. Naast de uitvoeringsplannen voor het vervangen van wegen en fundering zullen ook maatregelen gericht op het afschalen van de maximumsnelheid worden meegenomen. Ook het zoveel mogelijk toepassen van duurzame materialen en het toepassen van klimaatadaptatie zijn opgenomen in het plan. In het nieuwe MIP plus is nadrukkelijk gekeken naar het behalen van synergievoordelen door de uitvoering waar mogelijk af te stemmen op de vervanging van het rioolstelsel en mee te liften op herstructurerings- en nieuwbouwopgaven.
Kerncijfers:
Het gemeentelijke wegennet omvat ongeveer 630.000 m2 verharding:
- ongeveer 187.000 m2 Asfalt (rijwegen en fietspaden)
- ongeveer 431.000 m2 Element verharding (woonstraten, voet en fietspaden)
- ongeveer 13.300 m2 Cement beton verharding (fietspaden)
Beheer en ontwikkelingen
Het wegenareaal is met de benodigde kenmerken vastgelegd in een beheerapplicatie. Door middel van inspecties wordt frequent de staat van het areaal in beeld gebracht. Met een beheerapplicatie wordt een onderhoudsplanning opgesteld, die de basis vormt voor het onderhoudsplan. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen rehabilitatie, groot onderhoud en klein onderhoud. Rehabilitatie betreft het volledig vervangen van een weg, incl. fundatie. Groot onderhoud betreft voorziene werkzaamheden, voorvloeiend uit de inspectie, welke worden opgenomen in een onderhoudsplan. In 2025 is bij een externe partij de opdracht weggezet om een bestek te maken voor een beheerplan Wegen groot (gepland) onderhoud. Dit wordt eind 2025 opgeleverd en aan de raad ter besluitvorming voorgelegd. Klein onderhoud betreft reparaties en dergelijke uit bijvoorbeeld meldingen van inwoners. Ook bij het onderhoud van wegen worden werkzaamheden zoveel mogelijk integraal opgepakt, bijvoorbeeld samen met werkzaamheden aan de riolering of in combinatie met rehabilitatie van wegen. In het kader van duurzaamheid is er o.a. oog voor energie- en materiaalgebruik. Een voorbeeld hiervan is wegdekreflectie, waarbij minder openbare verlichting nodig is.
In 2026 wordt de rehabilitatie van het fietspad aan de Didamseweg uitgevoerd en fase 2 van het project Flora 23. Ook wordt de rehabilitatie van de Kraakselaan en de singels verder voorbereid.
Financiën
Voor rehabilitatie worden kredieten beschikbaar gesteld via het Meerjaren Investerings Programma wegen plus. Conform het vastgestelde Meerjaren Investerings Programma wegen plus 2024-2028 wordt jaarlijks € 200.000 in de bestemmingsreserve rehabilitatie wegen gestort ter dekking van de kapitaallasten van de rehabilitaties. Voor groot onderhoud wordt jaarlijks € 240.000 in de bestemmingsreserve wegen gestort, kosten voor groot onderhoud worden uit deze reserve betaald. De bestemmingsreserve groot onderhoud wordt na de totstandkoming van het beheerplan Groot Onderhoud Wegen weer omgezet in een voorziening. Vooruitlopend op deze actie wordt in twee tranches € 150.000 aan de bestemmingsreserve onttrokken om noodzakelijk en dringend onderhoud vast uit te voeren. Tenslotte wordt nog € 54.000 begroot in de exploitatie voor klein onderhoud.
Watertaken (riolering en water)
Beleidskader
In 2023 is het Watertakenplan Olburgen 2023-2027 (WTPO) vastgesteld. Hierin is aangegeven hoe de gemeente invulling geeft aan de wettelijke zorgtaken voor riolering, water en klimaatadaptatie (DPRA). Een belangrijk uitgangspunt van het Watertakenplan is het op lange termijn betaalbaar houden van de rioolheffing voor de inwoners. De ambitie is om in 2050 Klimaatbestendig te zijn, dat houdt in dat 30% van het verharde oppervlak dat loost op een gemengd rioolstelsel afgekoppeld moet zijn.
Kerncijfers
• ongeveer 29 kilometer vrij verval regenwaterriool
• ongeveer 22 kilometer vrij verval vuilwaterriool
• ongeveer 28 kilometer vrij verval gemengd riool
• 22 kilometer persleiding
• 13 gemalen en 57 drukriool units
• 3600 kolken en 1,5 km lijngoot
Beheer en ontwikkeling
In de planperiode investeren we in de vernieuwing van de infrastructuur (vervanging en renovaties), aanpak wateroverlast, verbeteren, verduurzamen en klimaatbestendig maken. Door middel van inspecties van het riool, die bijgehouden worden in een applicatie, kan de prioriteit van de geplande taken worden bepaald. Daarbij wordt een integrale aanpak gehanteerd, waarbij o.a. wordt afgestemd met de rehabilitatie van wegen. In 2025 zijn we gestart met het opstellen van een bestek voor de reiniging en inspecties van ons riolenareaal. De uitvoering ervan besteden we aan. Dit zal in 2026 ter hand worden genomen en, afhankelijk van de beschikbare middelen, een geruime tijd in beslag nemen. De resultaten van de inspecties worden meegenomen in het nieuwe beheerplan dat onderdeel is van het watertakenplan van 2027 en verder (voorbereiding in 2026).
In 2026 starten de volgende grote projecten of zijn in uitvoering:
• PéGé Flora 23, fase 2
Daarnaast zijn nog enkele kleinere vervangingsprojecten gepland.
Financiën
Voor een overzicht van de totale lasten die worden toegerekend aan de riolering (watertaken) wordt verwezen naar de paragraaf lokale heffingen, onderdeel riolering. Overschotten of tekorten worden, zo mogelijk, verrekend met de voorziening riolering.
Civiele Kunstwerken.
Beleidskader
In de openbare ruimte van Doesburg bevinden zich verschillende civiele kunstwerken. Civiele kunstwerken zijn meestal aangelegd om de infrastructuur te ondersteunen. Dit kan gaan om het afwikkelen van verkeer over een watergang (brug) zijn, maar bijvoorbeeld ook het keren van grond of water. Basis voor het onderhoud is het in 2023 vastgestelde Beheerplan Civiele Kunstwerken 2023-2027.
Kerncijfers
• 6 bruggen
• 1 tunnel
• 4 kademuren
• 11 grond- en/of waterkerende constructies
• 2 steigers
• 1 geluidswal
• 11 trappen
Beheer en ontwikkeling
Het beheerplan is bedoeld om het beheer en onderhoud aan de civiele kunstwerken voor een periode van vijf jaar op een efficiënte wijze voort te zetten en waar mogelijk te verbeteren. Het primaire doel van het beheerplan is de kunstwerken op het gewenste onderhoudsniveau te brengen en te houden. Begin 2025 heeft er een her-inspectie en kostenraming plaats gevonden van het totale areaal aan civiele kunstwerken, zodat voor de resterende periode tot en met 2027 de reële beheerkosten inzichtelijk zijn. De civiele kunstwerken zijn opgenomen in de beheerapplicatie voor de openbare ruimte.
In 2026 wordt een plan van aanpak gemaakt voor het groot onderhoud dat nodig is voor de aanlegsteiger bij de Contre Escarpe en directe omgeving. Daarnaast is er klein onderhoud gepland voor 2026, op basis van de hiervoor genoemde inspectie.
Financiën
Voor jaarlijks onderhoud is in de begroting een bedrag van € 73.000 opgenomen. Daarnaast is er nog een krediet van € 700.000 voor de vervanging van kunstwerken beschikbaar gesteld in de Kadernota 2022. De uitvoering van de diverse projecten loopt van 2023 t/m 2027. In het overzicht restantkredieten bij de jaarrekening wordt jaarlijks inzicht gegeven in de bestedingen ten laste van het krediet.
Groen
Beleidskader
Het gemeentelijk beleidskader wordt gevormd door het Groenstructuurplan 2013 en het Bomenbeleidsplan 2014.
De gemeente wil een aantrekkelijke leefomgeving bieden aan haar inwoners en bezoekers. Een groene inrichting door middel van plantsoenen en bomen maakt daar deel van uit.
Kerncijfers
- ongeveer 71 hectare openbaar groen
- ruim 5.400 bomen
Beheer en ontwikkeling
Openbaar groen: De beeldkwaliteit van het openbaar groen is over het algemeen op orde. Het groen buiten de binnenstad wordt onderhouden door Circulus. In het projectplan voor de ontwikkeling van het Hart van Beinum wordt ingezet op de vergroening van het gebied op een klimaat adaptieve wijze met aandacht voor het creëren van biodiversiteit. Ook bij de ontwikkeling van de toekomstige wijk Wemmerse Woerden worden er diverse maatregelen getroffen om natuur en groen in te passen in het gebied en flora en fauna een "boost" te geven.
Bomen: Bomen vormen een belangrijk onderdeel van onze groenstructuur en aantrekkelijke leefomgeving. Daarnaast heeft de gemeente voor dit onderdeel een wettelijke zorgplicht. We voeren regelmatig veiligheidscontroles uit en houden de bomen veilig met het boomonderhoud zoals snoei. Over het algemeen is het bomenbestand veilig en gezond. Wel is een groot gedeelte van de boomsoort ‘gewone es’ aangetast door de essentaksterfte en de paardenkastanjes door kastanjebloedingsziekte. Dat heeft vooral grote consequenties voor de essenlanen in het buitengebied en in toenemende mate van individuele essen en paardenkastanjes in de bebouwde kom. Dode bomen worden in het lopende beheer vervangen en daar waar nodig snoeien we essen extra in verband met dood hout. Deze kosten drukken in toenemende mate op het budget boombeheer. Er wordt een nieuwe inventarisatie uitgevoerd om de huidige stand van zaken te kwantificeren.
Financiën
Voor het onderhoud openbaar groen is € 636.000 opgenomen in de begroting. Voor boombeheer is € 85.000 opgenomen. In 2026 wordt € 50.000 bezuinigd op openbaar groen, conform de bezuinigingsvoorstellen uit de begroting van 2025.
Gebouwen
Beleidskader
Het beheer van het gemeentelijke vastgoed is vastgelegd in het meerjarig onderhoudsplan. In 2023 zijn de geactualiseerde meerjarige onderhoudsplannen vastgesteld. Hierin zijn ook verduurzamingsmaatregelen opgenomen (DJMOP) Op basis van het uitgevoerde onderhoud wordt jaarlijks beoordeeld of komende jaarschijven op hoofdlijnen bijgesteld dienen te worden. Het huidige DMJOP wordt in 2027 volledig geactualiseerd. Uitgangspunt voor de DMJOP's is conditiescore 2 (goed). De conditiescore is een objectieve waarde van de technische staat van een gebouw onder NEN2767. Uitzondering hierop zijn de sportaccommodaties en het gebouw van de Harmonie. Voor deze gebouwen geldt conditiescore 4 (matig) De gebouwen zijn onder conditiescore 4 veilig voor gebruik. Het grafmonument heeft een conditiescore 5 (slecht).
In 2016 is het huurprijsbeleid vastgesteld, hierin is o.a. opgenomen dat tenminste een kostprijs dekkende huur in rekening gebracht wordt bij organisaties die ruimtes huren van de Gemeente.
Kerncijfers:
Het gebouwenbestand bestaat momenteel uit 15 objecten waarvan 1 object een grafmonument betreft.
Beheer en ontwikkelingen
In 2025 is besloten het stadhuis in zijn geheel af te stoten. In 2025 is het pand ook voorlopig gegund met als doel van de nieuwe eigenaar er woningen en een hotel van te maken. Het is de bedoeling de koop voor 2026 definitief te maken.
Het pand aan de Nieuwstraat wordt omgevormd tot huisvesting voor Oekraïense vluchtelingen. Hiervoor zijn aparte budgetten vanuit het Rijk beschikbaar gesteld. In 2026 zullen de kamers in de Nieuwstraat worden betrokken. Het pand is nog in eigendom van de gemeente.
Vanaf 2026 staat het pand de Linie 4 niet meer in onze begroting. De gemeente is met de Woningstichting IJsselland tot overeenstemming gekomen waardoor de huur per 1 februari 2025 kon worden beëindigd.
De gymzaal aan de Armgardstraat is voorlopig nog in het bezit van de gemeente en ook nog niet gesloopt. Dit heeft te maken met de wettelijke verplichting om de daar huizende vleermuizen de tijd te geven zich op andere plekken te vestigen. De verwachting is dat dit nog enige tijd in beslag neemt.
Financiën
Jaarlijks wordt € 243.000 gestort in de voorziening onderhoud gebouwen. De uitgaven voor groot onderhoud worden direct ten laste van de voorziening geboekt.
Openbare verlichting
Het beleidskader
De openbare verlichting (OV) draagt bij aan een sociaal veilige, verkeersveilige en leefbare situatie tijdens de duisternis (circa 4.100 uur per jaar = 47% van het jaar). Medio 2015 is het beleidsplan openbare verlichting vastgesteld en eind 2016 het beheerplan. In het vastgestelde beleid is onder andere besloten dat er zal worden gewerkt met beeldkwaliteiten, dat er speciale verlichting in de binnenstad wordt aangebracht en dat er zal worden gewerkt aan energiebesparing door dimbare energiezuinige laag vermogende armaturen (veelal led).
Kerncijfers
De omvang van het openbare verlichtingsnet binnen de gemeente bedraagt bijna 2.250 lichtmasten. Alle voorgenomen klassieke lichtmasten in de binnenstad zijn geplaatst.
In Doesburg staan verder ruim 250 masten van Woonservice IJsselland, deze worden door de gemeente beheerd.
Het beheer en ontwikkelingen
Het onderhoud van de openbare verlichting wordt uitgevoerd door een extern bedrijf. Het contract omvat een periodieke controle op basis van klachtenregistratie, aan de hand waarvan kapotte lampen worden vervangen en andere kleine gebreken worden hersteld. Daarnaast zorgt dit bedrijf voor de noodzakelijke uitbreidingen en de instandhouding op de langere termijn. Het beheer en onderhoud van de openbare verlichting is een doorlopend proces, waarbij de gemeente samen met het externe bedrijf werkt aan verbetering van het rendement van de openbare verlichting. Momenteel wordt een groot deel van het openbare verlichtingsareaal vernieuwd, dan wel omgevormd (in de binnenstad van reguliere naar klassieke verlichting). Na de omvorming zal ca. 50% van de masten zijn vernieuwd en ca. 75% van de armaturen.
Financiën
Voor het reguliere onderhoud is € 119.000 opgenomen in de begroting. Daarnaast wordt er jaarlijks € 84.000 gestort in de reserve openbare verlichting. Hiermee wordt gespaard voor toekomstige investeringen.
Speelgelegenheid
Het beleidskader
Voor het beheer en onderhoud is het beleidsplan Spelen, bewegen en ontmoeten Doesburg 2018-2026 van toepassing.
Kerncijfers:
49 speelgelegenheden
357 speeltoestellen
Het beheer en ontwikkelingen
De speeltoestellen worden jaarlijks gecontroleerd en waar nodig gerepareerd.
In het beleidsplan is vastgesteld dat het aantal toestellen en plekken verminderd moet worden, maar wel in samenspraak met de bewoners van de gemeente Doesburg. In de afgelopen periode zijn met de beschikbaar gestelde middelen vanuit dit beleid speeltuinen en ontmoetingsplekken gerealiseerd (Noordelijk Molenveld, Waterstraat). Dit budget is nu uitgeput. Maatregel 1.6 vanuit het coalitieakkoord is per 2026 dan ook niet meer in de begroting terug te vinden. Vanuit diverse andere budgetten is aan speel- en ontmoetingsplekken gewerkt. In 2026 zal een nieuw beheerplan Spelen worden opgesteld.
Financiën
Voor het onderhoud van speelgelegenheden is € 27.000 opgenomen in de begroting.
Paragraaf D - Financiering
Terug naar navigatie - - Paragraaf D - FinancieringParagraaf D | Financiering
Terug naar navigatie - Paragraaf D - Financiering - Paragraaf D | FinancieringBij financiering gaat het om de vraag hoe de gemeente regelt dat ze steeds voldoende geld heeft om alle rekeningen te kunnen betalen. Dreigt ze tijdelijk te weinig ‘in kas’ te hebben, dan moet ze lenen. Heeft de gemeente tijdelijk teveel ‘in kas’, dan is ze verplicht dit geld uit te zetten bij de Staat middels schatkistbankieren. Al deze activiteiten leiden ertoe dat de gemeente een financieringsportefeuille heeft. Die moet worden beheerd om de kosten en risico’s te beperken. De kaders voor de uitoefening van de treasuryfunctie zijn door de raad bepaald in de financiële verordening . Deze kaders zijn door het college verder uitgewerkt in een treasurystatuut gemeente Doesburg 2019. De uitoefening van de treasuryfunctie die is opgedragen aan het college van B&W behelst op hoofdlijnen de navolgende activiteiten:
- het aantrekken van voldoende financiële middelen en het uitzetten van overtollige gelden om de programma’s binnen de door de Raad vastgestelde kaders van de begroting uit te kunnen voeren;
- het beheersen van de risico’s verbonden aan de financieringsfunctie zoals renterisico’s, koersrisico’s en kredietrisico’s (indien van toepassing);
- het zo veel mogelijk beperken van de kosten van eventuele leningen en het bereiken van voldoende rendement op de uitzettingen;
- het beperken van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities.
Beleidsvoornemens t.a.v. risicobeheer
In het kader van risicobeheer worden de navolgende uitgangspunten gehanteerd:
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet is bedoeld om het renterisico te beperken met betrekking tot kortlopende financiering (netto vlottende schuld). Het geeft de limiet aan die maximaal gefinancierd mag worden met kort geld en bedraagt 8,5% van de totale lasten bij aanvang van het begrotingsjaar 2026. Binnen de kasgeldlimiet kunnen tijdelijke liquiditeitstekorten worden opgevangen.
2026 |
|
---|---|
Begrotingstotaal (uitgaven excl. primair resultaat) |
49.403.960 |
Percentage regeling |
8,50% |
Kasgeldlimiet |
4.199.337 |
Renterisiconorm
De renterisiconorm is bedoeld om het renterisico op langlopende leningen te beperken als gevolg van tussentijdse rente aanpassingen en herfinanciering van langlopende leningen. De rente risiconorm bedraagt 20% van het begrotingstotaal van de lasten bij het begin van het jaar.
2026 |
||
---|---|---|
(1) |
Renteherzieningen |
0 |
(2) |
Aflossingen |
600.000 |
(3) |
Renterisico (1+2) |
600.000 |
(4) |
Renterisiconorm |
9.880.792 |
(5a)=(4>3) |
Ruimte onder renterisiconorm |
9.280.792 |
(5b)=(3>4) |
Ruimte boven renterisiconorm |
|
Berekening renterisiconorm |
||
2026 |
||
(4a) |
begrotingstotaal (uitgaven excl. Primair resultaat) |
49.403.960 |
(4b) |
percentageregeling |
20% |
(4)=(4a x 4b/100%) |
Renterisiconorm |
9.880.792 |
Verstrekken van leningen en garanties
Bij het verstrekken van leningen op grond van de publieke taak worden zo mogelijk zekerheden of garanties geëist. In het treasurystatuut van de gemeente Doesburg zijn de volgende criteria opgenomen voor het verstrekken van leningen en garanties:
- De door de gemeente te financieren zaken moeten nodig zijn in het kader van de uitvoering van een publieke taak in de gemeente. Dat wil zeggen dat ze moeten passen binnen en bijdragen aan het gemeentelijk beleid en het openbaar belang. Tevens moet er met de financiering een voor de gemeente relevant maatschappelijk doel worden gediend.
- De te financieren zaken moeten essentieel zijn voor het voortbestaan of het in voldoende mate kunnen functioneren van de aanvrager (functionaliteitscriterium).
- De te financieren zaken moeten in overwegende mate ten goede komen aan de inwoners van de gemeente.
- Een lening wordt niet verstrekt indien de te financieren zaken niet voldoende zekerheid bieden voor verhaal van rente en aflossing van de te verstrekken garantie of lening. Dit betekent dat in geval de te financieren zaak een onroerende zaak is, het recht van hypotheek wordt verleend.
Een overzicht van de verstrekte garanties wordt opgenomen in de jaarrekening bij de toelichting op de balans.
Het uitzetten van overtollige kasmiddelen
Door het Rijk is bepaald dat het uitzetten van overtollige geldmiddelen uitsluitend mag geschieden bij het Rijk zelf, het zogenaamde Schatkistbankieren.
Valutarisicobeheer
Valutarisico’s worden uitgesloten door uitsluitend leningen te verstekken, aan te gaan of te garanderen in euro's.
Koersrisicobeheer
De gemeente maakte bij uitzettingen uitsluitend gebruik van rekening courant, spaarrekening, daggeld, deposito's, obligaties en garantieproducten. Op dit moment is dit niet meer aan de orde vanwege de verplichting tot schatkistbankieren.
Ontwikkeling financieringsstructuur
De ontwikkeling van de financieringsstructuur is in onderstaand overzicht opgenomen. Het overzicht laat zien dat het tekort oploopt door de geraamde investeringen en het exploitatie tekort. Dat betekent dat er meer langlopend geleend moet worden.
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
|
---|---|---|---|---|---|
Boekwaarde MVA |
36.387.319 |
37.683.317 |
39.430.151 |
39.068.319 |
38.531.453 |
Boekwaarde FVA |
3.830.982 |
3.722.724 |
3.616.124 |
3.497.506 |
3.401.555 |
A: Totaal te financieren vaste activa |
40.218.300 |
41.406.041 |
43.046.275 |
42.565.824 |
41.933.008 |
A |
|||||
Algemene reserve |
6.966.082 |
6.591.390 |
6.781.873 |
7.199.992 |
6.960.782 |
Bestemmingsreserves |
21.156.196 |
20.758.882 |
20.356.742 |
19.696.626 |
19.029.175 |
Voorzieningen |
985.722 |
953.808 |
1.093.428 |
1.249.303 |
1.295.178 |
opgenomen langlopende geldleningen |
10.600.000 |
10.000.000 |
13.000.000 |
13.000.000 |
13.000.000 |
B: Totaal voor financiering beschikbare vaste passiva |
39.707.999 |
38.304.079 |
41.232.042 |
41.145.920 |
40.285.134 |
A |
|||||
(B-A) Financieringssaldo (+ is overschot; -/- is tekort) |
-510.301 |
-3.101.962 |
-1.814.233 |
-1.419.904 |
-1.647.873 |
tekort |
tekort |
tekort |
tekort |
tekort |
|
Renteresultaat
Terug naar navigatie - Paragraaf D - Financiering - RenteresultaatRenteresultaat en omslagrente |
2026 |
---|---|
(A) Externe rentelasten over kortlopende en langlopende leningen |
275.000 |
(B) Externe rentebaten over kortlopende en langlopende leningen |
39.316 |
(C) (=A-/-B) saldo rentelasten en rentebaten |
235.684 |
(D) Rente door te berekenen aan grondexploitaties |
- |
(E) Rente toe te rekenen aan het eigen vermogen |
- |
(F) (=C+D+E) Totaal raming aan de taakvelden toe te rekenen rente |
235.684 |
(G) Aan de taakvelden toe te rekenen d.m.v. de rente-omslagsystematiek |
235.683 |
(H) (=F-/-G) Verwacht renteresultaat op Taakveld 0.5 Treasury (-/- is rente-voordeel en + is een rentenadeel) |
1 |
Rentelasten moeten worden toegerekend aan taakvelden door middel van omslagrente. De omslagrente wordt berekend door de toe te rekenen rente te delen door de boekwaarde van de vaste activa die integraal zijn gefinancierd. |
|
Paragraaf E - Bedrijfsvoering
Terug naar navigatie - - Paragraaf E - BedrijfsvoeringParagraaf E | Bedrijfsvoering
Terug naar navigatie - Paragraaf E - Bedrijfsvoering - Paragraaf E | BedrijfsvoeringVanuit de afdeling Externe en Interne Dienstverlening streven we naar het verlenen van de beste dienstverlening aan de stad en gemeentelijke collega’s binnen de gegeven omstandigheden. Deze omstandigheden worden enerzijds gevoed door een steeds toenemende hoeveelheid taken en rollen, waarvan de complexiteit toeneemt, in tijden van een steeds krapper wordende arbeidsmarkt. Anderzijds willen we vanuit dienstverleningsperspectief bijdragen aan de pijlers van de Toekomstvisie van Doesburg: een evenwichtig en leeftijdsbestendig woon- en vestigingsklimaat; een verbindende en versterkende sociale aanpak en kwaliteitstoerisme en toegankelijke natuurrecreatie. Ter ondersteuning aan deze pijlers werkt de afdeling Externe en Interne Dienstverlening de komende periode aan twee hoofdthema’s:
1. Processen en beheer op orde,
2.Aantrekkelijk werkgeverschap;
Bij de uitwerking van deze thema’s is het uitgangspunt of realistisch ambitieniveau om de basis verder op orde te krijgen en te houden.
1. Processen en beheer op orde
De “basis op orde” begint bij goede (proces-)inrichting voor gemeentelijke beheertaken en dienstverlening aan burgers. Het komende jaar maken we een start met het doorlichten van de processen om waar mogelijk efficiënter en effectiever te werken. Een goede ondersteuning van ICT is een voorwaarde hiertoe. Digitalisering neemt alleen maar toe. Deels omdat dit een opgave is voor gemeenten (bv. opslaan en toegankelijk maken van digitale informatie in het e-Depot), deels omdat we er niet aan ontkomen (bv. overgang van applicaties naar een SaaS (Software as a Service) – omgeving), maar vooral omdat dit de dienstverlening aan onze inwoners ten goede komt (ook inwoners van Doesburg kunnen nu afspraken met de publieksbalie inplannen via onze website). We volgen de ontwikkelingen om onze kerntaken uit te kunnen voeren. Zo maken bijvoorbeeld e-diensten het de burger makkelijker om producten van de publieksbalie via de website aan te vragen, terwijl de verwerking ervan in de back office verder kan worden geautomatiseerd.
Het onderzoeken van digitale oplossingen staat het komende jaar centraal. Dit moet worden gezien in het licht van een onderzoek naar de ontwikkelingen die de komende jaren op ons afkomen en de wijze waarop Doesburg hierop kan acteren om dienstverlening aan de inwoners te waarborgen. Aandacht voor al deze facetten is nodig om steeds de juiste informatie tijdig op de juiste plek beschikbaar te hebben. Daartoe zijn informatiebeheer en de zorg voor digitale veiligheid en privacy belangrijke aspecten. We hebben in kaart laten brengen welke ICT-investeringen ons te wachten staan en wat ons dat oplevert. Omdat dit een kostenstijging van Informatisering en Automatisering (I&A) betekent, heeft de raad besloten enkel wettelijke verplichtingen op te volgen of enkel te versaasen wanneer leveranciers on premise applicaties niet meer ondersteunen. Om deze reden zijn we overgegaan op een SaaS versie van onze belastingapplicatie.
Voor wat betreft het versterken van onze beheertaken gaan we inzetten op het structureel in de regio beleggen van advies op gebied van inkoop- en aanbestedingsbeleid. Daarnaast wordt ingezet op verdere invulling van goed gastheerschap richting de maatschappelijke organisaties die in het stadskantoor zijn getrokken.
2. Aantrekkelijk werkgeverschap
De in de voorgaande paragraaf beschreven inzet op proces- en beheeroptimalisatie is nodig, maar in het licht van een moeizame arbeidsmarkt lastig. De vraagstukken die op ons afkomen zijn talrijk en worden steeds complexer. Dit is voor Doesburg niet anders dan voor andere gemeenten. Doesburg is een kleine gemeente waar medewerkers over het algemeen een breed takenpakket hebben. We zijn ons ervan bewust dat we als kleine gemeente hetzelfde moeten doen als grotere gemeenten, maar dan met minder mensen. Werken voor Doesburg betekent een brede blik en van meerdere markten thuis zijn. Mogelijk maakt dit Doesburg een aantrekkelijke werkgever. Daarom passen we onze arbeidsmarktcommunicatie en wijze van werven hierop aan. Om een aantrekkelijke werkgever te zijn en te blijven zetten we zoveel mogelijk in op korte en krachtige werving- en selectieprocedures, de ontplooiing van nieuwe en huidige medewerkers en het creëren van een prettige, veilige en duurzame werkomgeving.
Gezien de moeizame arbeidsmarkt hebben we steeds vaker te maken met medewerkers die nog moeten bijleren. Dat vraagt om het goed begeleiden en opleiden van nieuwkomers, wat extra inspanning vraagt van zittende collega’s.
Naast het aantrekken van nieuwe mensen willen we collega’s ook behouden en minder afhankelijk zijn van externe inhuur. We houden de balans tussen inhuur en vaste medewerkers goed in de gaten. Externe inhuur beperkt zich zoveel mogelijk tot de noodzaak van specialistische kennis. Hiermee verwachten we de loonsom te beteugelen.
Aan de andere kant dienen we kritisch te kijken naar de inschaling van functies ten opzichte van omliggende gemeenten. Als we mee willen op de arbeidsmarkt, dan zullen we een concurrerend functiehuis moeten hebben. Vooralsnog zijn we hier budgettair niet toe uitgerust, dus doen we al het mogelijke binnen de bestaande loonsom.
Personeel
In 2026 bedraagt de formatie voor de ambtelijke organisatie bijna 100 FTE (2025 was afgerond 99 FTE). De loonsom voor 2026 is geraamd op € 9.432.923. In de primitieve begroting voor 2025 was € 9.281.964 opgenomen. Dit is een beperkte stijging. De begrote loonsom voor 2026 en verder is gebaseerd op de in 2025 afgesloten CAO die geldt tot 31 maart 2027. Ook in 2026 zijn personeelskosten opgenomen die worden gedekt uit externe middelen.
Inhuur derden
Het streven is voor maximaal 15% van de loonsom in te huren. We merken jaarlijks, ondanks de strakke sturing erop, dat de druk op het percentage inhuur toeneemt. Er is een toename van complexe vraagstukken, die vraagt om de inhuur van specialistische kennis. Daarnaast is er schaarste op de arbeidsmarkt, waardoor bepaalde vacatures erg lastig of niet te vervullen zijn.
Paragraaf F - Verbonden partijen
Terug naar navigatie - - Paragraaf F - Verbonden partijenParagraaf F | Verbonden partijen
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - Paragraaf F | Verbonden partijenIn deze paragraaf vindt u een lijst met partijen waarmee de gemeente Doesburg banden is aangegaan ter behartiging van bepaalde publieke belangen. Het gaat hierbij om privaatrechtelijke dan wel publiekrechtelijke organisaties, waarin Doesburg een financieel en een bestuurlijk belang heeft. Van een bestuurlijk belang is sprake indien er zeggenschap bestaat uit hoofde van stemrecht dan wel vertegenwoordiging in het bestuur van de organisatie. Van een financieel belang is sprake als een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag niet verhaalbaar is indien de verbonden partij failliet gaat. Ook als er financiële aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt, is er sprake van een financieel belang. De verbonden partijen worden afzonderlijk toegelicht.
Lijst met verbonden partijen
Hieronder volgt lijst met de partijen verbonden aan de gemeente Doesburg verdeeld naar gemeenschappelijke regelingen, overige verbonden partijen en coöperaties/vennootschappen. Voor de verbonden partijen die een begroting indienen bij de gemeente zijn de beginstand van het eigen- en vreemd vermogen opgenomen.
Verbonden Partijen |
|
---|---|
Gemeenschappelijke regelingen |
Vestigingsplaats |
Groene Metropool regio Arnhem-Nijmegen |
Arnhem |
Veiligheid- en Gezondheidsregio Gelderland Midden |
Arnhem |
Streekarchivariaat De Liemers en Doesburg |
Zevenaar |
Omgevingsdienst Regio Arnhem |
Arnhem |
Bedrijfsvoeringsorganisatie Doelgroepenvervoer Regio Arnhem-Nijmegen (DRAN) |
Arnhem |
Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Sociaal Domein Centraal-Gelderland (MGR) |
Arnhem |
Overige verbonden partij |
Vestigingsplaats |
Euregio Rijn-Waal |
Emmerich |
Coöperaties/Vennootschappen |
Vestigingsplaats |
BNG Bank |
Den Haag |
Alliander |
Arnhem |
Vitens |
Utrecht |
Circulus B.V. |
Zutphen |
Groene metropool regio Arnhem - Nijmegen
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - Groene metropool regio Arnhem - NijmegenHet gemeenschappelijk orgaan is een samenwerkingsverband dat de belangen behartigt van de deelnemende gemeenten in de regio. De focus ligt op het fysieke domein: woningbouw, circulariteit, economie en mobiliteit. Maar ook samenwerking op het gebied van cultuur en toerisme is een aandachtsveld. Het doel van de samenwerking is het realiseren van groei én het versterken van het groene karakter van deze bijzondere regio.
Het draagt bij aan de doelstelling van programma 1 “Een evenwichtig en leeftijdsbestendig woon- en vestigingsklimaat".
Het aandeel van de gemeente is afgerond 1,4%. De lasten worden omgeslagen naar rato van het aantal inwoners per gemeente.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s
Het financiële risico is beperkt tot de bijdrage van de gemeente.
Financieel overzicht:
Bron: |
Jaar |
Eigen vermogen |
Vreemd vermogen |
Exploitatie-resultaat |
Bijdrage gemeente |
---|---|---|---|---|---|
Jaarrekening |
2024 |
€ 371.783 |
€ 6.728.664 |
€ 244.427 |
€ 102.285 |
Begroting |
2025 |
€ 100.000 |
€ 4.929.880 |
€ 0 |
€ 111.555 |
Begroting |
2026 |
€ 100.000 |
€ 8.017.000 |
€ 0 |
€ 88.182 |
Veiligheid- en Gezondheidsregio Gelderland Midden (VGGM)
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - Veiligheid- en Gezondheidsregio Gelderland Midden (VGGM)De gemeenschappelijke regeling verzorgt voor 16 gemeenten in de regio Midden-Gelderland de regionale brandweer, ambulancezorg en volksgezondheid/GGD.
Het draagt bij aan de doelstelling van programma 1 ‘Evenwichtig en leeftijdsbestendig woon- en vestigingsklimaat’ en programma 2 ‘Verbindende en versterkende sociale aanpak, in verband met volksgezondheidszorg’.
Het aandeel van de gemeente schommelt rond de 1,5%.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s :
Het financiële risico is beperkt. De gemeente draagt bij aan een eventueel tekort in de exploitatie.
Financieel overzicht:
Bron: |
Jaar |
Eigen vermogen |
Vreemd vermogen |
Exploitatie-resultaat |
Bijdrage gemeente |
---|---|---|---|---|---|
Jaarrekening |
2024 |
€ 14.331.000 |
€ 47.664.000 |
€ 4.059.000 |
€ 1.174.000 |
Begroting |
2025 |
€ 9.354.000 |
€ 56.929.000 |
€ 0 |
€ 1.256.000 |
Begroting |
2026 |
€ 8.885.000 |
€ 57.768.000 |
€ 0 |
€ 1.324.000 |
Streekarchivariaat De Liemers en Doesburg
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - Streekarchivariaat De Liemers en DoesburgHet Streekarchivariaat De Liemers en Doesburg beheert de archieven van de gemeenten Doesburg, Duiven, Westervoort en Zevenaar. Bij het Streekarchivariaat is veel historisch materiaal beschikbaar over Doesburg.
Het draagt bij aan de doelstellingen van programma 3 ‘Kwaliteitstoerisme en toegankelijke natuurrecreatie’.
Het aandeel van de gemeente is ongeveer 23%. De kosten van het Streekarchivariaat worden over de deelnemende gemeenten verdeeld op basis van inwoners en naar rato van werktijden.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s:
Het financiële risico is beperkt. De gemeente draagt bij aan een eventueel tekort in de exploitatie.
Financieel overzicht:
Bron: |
Jaar |
Eigen vermogen |
Vreemd vermogen |
Exploitatie-resultaat |
Bijdrage gemeente |
---|---|---|---|---|---|
Jaarrekening |
2024 |
€ 0 |
€ 81.379 |
€ 0 |
€ 94.650 |
Begroting |
2025 |
€ 0 |
€ 35.143 |
€ 0 |
€ 126.889 |
Begroting |
2026 |
€ 0 |
€ 54.000 |
€ 0 |
€ 125.089 |
Omgevingsdienst Regio Arnhem
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - Omgevingsdienst Regio ArnhemDe Omgevingsdienst verzorgt namens gemeenten en provincie milieutaken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving. Daarnaast heeft Doesburg ook de verlening van omgevingsvergunningen evenals advies, toezicht en handhaving voor bouwen ondergebracht bij de ODRA.
Het draagt bij aan de doelstellingen van programma 1 ‘Evenwichtig en leeftijdsbestendig woon- en vestigingsklimaat’.
Het aandeel van de gemeente voor de bouw- en milieutaken is 2%. Er wordt afgerekend op basis van prijs x afgenomen diensten, daarnaast is er een bijdrage in de algemene diensten op basis van een verdeelsleutel.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. In lijn met landelijke ontwikkelingen is de omgevingsdienst regio Arnhem (ODRA) voornemens om per 1 januari 2026 te fuseren met de Omgevingsdienst regio Nijmegen (ODRN) om zo te bouwen aan een nieuwe robuuste omgevingsdienst. De samenwerking met de per 1 januari 2026 gefuseerde omgevingsdienst zal worden voortgezet.
Risico’s :
Een financieel risico is aanwezig. De Omgevingsdienst heeft te maken met een aantal economisch/maatschappelijke ontwikkelingen, zoals krapte op de arbeidsmarkt, de woningbouw ambitie, leefbaarheid en de stikstofproblematiek. Daarnaast zijn ook de gevolgen van de invoering van de omgevingswet nog niet duidelijk. De voorgenomen fusie van de omgevingsdiensten kan financiële risico's met zich mee brengen op gebied van fusiekosten en wijzigingen in deelnemersbijdragen door aanpassingen in o.a. de financieringssystematiek en het uniformeren van processen. In onderstaande cijfers is nog geen rekening gehouden met effecten van de voorgenomen fusie.
Financieel overzicht:
Bron: |
Jaar |
Eigen vermogen |
Vreemd vermogen |
Exploitatie-resultaat |
Bijdrage gemeente |
---|---|---|---|---|---|
Jaarrekening |
2024 |
€ 870.000 |
€ 7.072.000 |
€ 144.000 |
€ 665.500 |
Begroting |
2025 |
€ 644.000 |
€ 4.065.000 |
€ 0 |
€ 643.700 |
Begroting |
2026 |
€ 644.000 |
€ 7.179.000 |
€ 1.000 |
€ 654.000 |
Doelgroepenvervoer Regio Arnhem-Nijmegen (DRAN)
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - Doelgroepenvervoer Regio Arnhem-Nijmegen (DRAN)De vervoersorganisatie behartigt de belangen van de deelnemers met betrekking tot het tot stand brengen, ontwikkelen en in stand houden van een kwalitatief hoogwaardig, herkenbaar, efficiënt en eenvoudig te gebruiken doelgroepenvervoer. Er wordt erop toegezien dat het aanvullend vervoer ook in het buitengebied en de kleine kernen voldoende gewaarborgd is en dat het vervoer optimale aansluiting heeft op het openbaar/vervoer/netwerk.
Het draagt bij aan de doelstellingen van Programma 2 'Verbindende en versterkende sociale aanpak' (WMO, jeugd en onderwijs).
Het aandeel in de overhead is minder dan 2%.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s :
In 2024 eindigt de initiële periode van de vervoerscontracten. Gezien de huidige marktomstandigheden (krapte arbeidsmarkt, energieprijzen, investering zero emissie voertuigen) is het zeer reëel om te verwachten dat een aanbesteding zal leiden tot hogere tarieven dan de huidige contractueel overeengekomen tarieven. Er is rekening gehouden met groei van de vraag naar vervoer. waardoor het risico daarvoor laag wordt ingeschat.
Bron: |
Jaar |
Eigen vermogen |
Vreemd vermogen |
Exploitatie-resultaat |
Bijdrage gemeente |
---|---|---|---|---|---|
Jaarrekening |
2024 |
€ 0 |
€ 10.103.447 |
€ 0 |
€ 529.041 |
Begroting |
2025 |
€ 0 |
€ 12.000.000 |
€ 0 |
€ 538.398 |
Begroting |
2026 |
€ 0 |
€ 13.000.000 |
€ 0 |
€ 668.133 |
MGR sociaal domein Centraal-Gelderland
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - MGR sociaal domein Centraal-GelderlandDe MGR (Modulaire Gemeenschappelijke Regeling) biedt een algemeen kader voor samenwerking op het gebied van het sociaal domein binnen de regio Centraal-Gelderland en voorziet in samenwerkingsmodules. Er wordt deelgenomen aan de modules: Inkoop Zorg, Werkgevers Service Punt (WSP) en Werkgeverschap Sociale Werkvoorziening (WgSW).
Het draagt bij aan de doelstellingen van Programma 2 'Verbindende en versterkende sociale aanpak' (WMO, jeugd en participatiewet).
Het aandeel in de overhead is ruim 2%.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s :
Het financiële risico is beperkt. De gemeente draagt bij aan een eventueel tekort in de exploitatie. In de begroting van de MGR is rekening gehouden met loonstijgingen van SW-ers. Dit kan afwijken n.a.v.. CAO ontwikkelingen.
Bron: |
Jaar |
Eigen vermogen |
Vreemd vermogen |
Exploitatie-resultaat |
Bijdrage gemeente |
---|---|---|---|---|---|
Jaarrekening |
2024 |
€ 560.000 |
€ 4.512.000 |
€ 0 |
€ 1.591.433 |
Begroting |
2025 |
€ 560.000 |
€ 2.162.000 |
€ 0 |
€ 1.697.809 |
Begroting |
2026 |
€ 560.000 |
€ 2.022.000 |
€ 0 |
€ 1.669.558 |
Euregio Rijn-Waal
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - Euregio Rijn-WaalDe Euregio Rijn-Waal heeft als belangrijkste doel de grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van economie en maatschappij te verbeteren en te intensiveren. De Euregio Rijn-Waal brengt partners bij elkaar om gezamenlijke initiatieven te starten en zo gebruik te maken van synergie-effecten.
Het draagt bij aan de doelstellingen van Programma 1 Evenwichtig en leeftijdsbestendig woon- en vestigingsklimaat.3
Het lidmaatschap kost ca. € 3.300
Beleidsvoornemens:
Het lidmaatschap vervalt per 31 december 2027.
Risico’s :
Het financiële risico is zeer beperkt. De gemeente draagt bij aan een eventueel tekort in de exploitatie.
Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)Doesburg is aandeelhouder van de BNG. De BNG is de bank voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger.
De deelneming in aandelen bedraagt 0,05%.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s :
Het financiële risico is zeer beperkt. De boekwaarde van de aandelen is € 69.030, in de begroting is het dividend geraamd op € 70.000.
Alliander
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - AllianderAlliander N.V. is de holding van een netwerkbedrijf. De dochterbedrijven zijn netbeheerders voor het transport van (duurzame) energie.
De deelneming in aandelen bedraagt 0,13%.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s :
Het financiële risico is beperkt. De boekwaarde van de aandelen is € 8.168, in de begroting is het dividend geraamd op € 100.000. Daarnaast hebben we in 2021 een achtergestelde geldlening verstrekt van € 757.080.
Vitens
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - VitensVitens is het waterbedrijf voor ruim 4 miljoen mensen en bedrijven in Friesland, Overijssel, Flevoland, Gelderland en Utrecht.
De deelneming in aandelen bedraagt 0,24%.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s :
Het financiële risico is beperkt. De boekwaarde van de aandelen is € 1.996, in de begroting is geen dividend geraamd. Er is al enkele jaren geen dividend uitgekeerd.
Circulus
Terug naar navigatie - Paragraaf F - Verbonden partijen - CirculusCirculus verzorgt het afvalbeheer en verricht diensten in de openbare ruimte voor klantgemeenten, die ook aandeelhouder zijn. Het werkgebied van Circulus bestaat uit de gemeenten Apeldoorn, Bronckhorst, Brummen, Deventer, Doesburg, Duiven, Epe, Lochem, Zutphen , Voorst en Westervoort. Per 1-1-2026 zal het werkgebied worden uitgebreid met de gemeenten Rheden en Rozendaal. De activiteiten worden uitgevoerd op basis van individuele afspraken met gemeenten, met als gezamenlijk doel een duurzame leefomgeving.
Het draagt bij aan de doelstellingen van Programma 1 Evenwichtig en leeftijdsbestendig woon- en vestigingsklimaat.
De deelneming in aandelen bedraagt 2,44%.
Beleidsvoornemens:
Er zijn geen wijzigingen voorzien in de samenwerking. Het bestaande beleid wordt voortgezet.
Risico’s :
Het financiële risico is beperkt. De boekwaarde van de aandelen is € 22.235, In de begroting is geen dividend geraamd.
Paragraaf G - Grondbeleid
Terug naar navigatie - - Paragraaf G - GrondbeleidParagraaf G | Grondbeleid
Terug naar navigatie - Paragraaf G - Grondbeleid - Paragraaf G | Grondbeleid1. Nota Grondbeleid Doesburg 2024
In de Doesburgse Nota Grondbeleid is de beleidskeuze gemaakt voor het toepassen van Sturend Grondbeleid, met een voorkeur voor een faciliterende rol. Sturend Grondbeleid gaat uit van een manier van werken die door de tijdige inzet van grondbeleidsinstrumenten leidt tot de tijdige bestuurlijk gewenste verandering in het ruimtelijk grondgebruik. Sturend Grondbeleid is een concept dat kan worden toegepast op elke willekeurige locatie en kan worden aangepast aan iedere specifieke situatie. Doesburg neemt in ontwikkelingen bij voorkeur een regisserende rol en toont zich daarbij bereid om met ontwikkelaars, bouwers en corporaties op voet van gelijkheid te onderhandelen en samen te werken. Een optimale onderhandelingspositie wordt gecreëerd door zo effectief mogelijk gebruik te maken van het aan gemeenten beschikbaar gestelde grondbeleidsinstrumentarium.
Over dit grondbeleidsinstrumentarium:
Met de Omgevingswet (Ow) die per 1 januari 2024 in werking is getreden, zijn alle wetten, regels en afspraken voor de fysieke leefomgeving geïntegreerd in één stelsel. De Ow heeft als doel het omgevingsrecht en de dienstverlening voor de fysieke leefomgeving beter te laten aansluiten op de wensen vanuit de samenleving: sneller, eenvoudiger en beter. Er wordt meer in vertrouwen gewerkt en de Ow biedt een basis voor meer participatie en maatwerk. De juridische instrumenten voor grondbeleid onder de Ow zijn grotendeels overgenomen uit bestaande wetten:
- de regeling van het voorkeursrecht vervangt de Wet voorkeursrecht gemeenten.
- de regeling van onteigening vervangt de onteigeningswet.
- de regeling kostenverhaal vervangt de Afdeling grondexploitatie uit de Wro (Wet ruimtelijke ontwikkeling).
Indien er niet, niet tijdig of niet op voor de gemeente acceptabele voorwaarden tot overeenstemming kan worden gekomen, kan de realisatie van een nieuwe functie aldus worden afgedwongen door het inzetten van een of meerdere van de hierboven genoemde wettelijke instrumenten.
2. Stand van zaken met betrekking tot de verschillende ontwikkelingen
2.1 De woningbouwontwikkelingen op middellange termijn
A. Toekomstvisie Doesburg 2040
De toekomstvisie: “Doesburg Duidelijk Duurzaam Door” van juni 2021 speelt in op een aantal serieuze uitdagingen, die het gemeentebestuur met haar burgers en bedrijven wil aangaan. Inzet is het behoud van een toekomstbestendige, leefbare en vitale stad. Dit wil zij bereiken via drie elkaar versterkende hoofdkeuzes:
1. Een evenwichtig en leeftijdsbestendig woon- en vestigingsklimaat
2. Verbindende en versterkende sociale aanpak
3. Kwaliteitstoerisme en toegankelijke natuurrecreatie
Een uitgevoerde analyse van Doesburgs sterke en zwakke punten vormt in belangrijke mate de basis voor de vastgestelde visie. Doesburg heeft inwoners en bezoekers veel te bieden, zoals een mooi historisch centrum, veel cultuur, verschillende natuurgebieden, én IJssel en Oude IJssel, waarvan de oevers op sommige plekken zijn ingericht voor recreatief (mede) gebruik. Inwoners zijn trots op hun gemeente en voelen zich ermee verbonden. Een fijne en prettige constatering, maar dit mag geen reden zijn om “achterover te leunen”. Uit dezelfde analyse blijkt namelijk ook dat:
- Doesburg steeds meer ouderen krijgt, waardoor de vraag naar wonen met zorg verder toeneemt.?
- Er in verhouding veel inwoners zijn die helaas moeten leven van bijstand of een minimum inkomen.
- De verduurzaming van woning en woonomgeving nog forse inspanningen vraagt.
Omdat per wijk verschilt wat er aan bovenstaande punten speelt, dreigen grote ongewenste ongelijkheden te ontstaan: tussen de wijken en binnen groepen inwoners. Dit vraagt de komende jaren onze volle aandacht. Met onderkenning van “onze” kracht en van “onze” zwakheden wordt gewerkt aan een leefbare en levendige stad, die is voorbereid op de toekomst. Zo kan met (vervangende) nieuwbouw de eenzijdigheid van woningbouw in de verschillen wijken worden verkleind. Met slimme oplossingen kan wonen met zorg beter worden ondersteund en met goed doordachte herinrichtingen van openbare ruimtes kan het “ontmoeten” worden bevorderd.
Het streven naar een evenwichtig en leeftijdsbestendig woon- en vestigingsklimaat kan mede door nieuwbouw worden bereikt. Met nieuwbouw kunnen bewoners met middeninkomens, op zoek naar huur- en koopwoningen in het middensegment worden bediend, hetgeen zorgt voor doorstroming. Maar ook richten we ons op vestigers. Daarvoor bouwen we die woningen die nu in onze stad zijn ondervertegenwoordigd.?
De ambities uit deze toekomstvisie hebben hun vertaalslag gekregen in de woonzorgwelzijnsvisie Doesburg 2024-2028.
B. Woonzorgwelzijnvisie Doesburg 2024-2030
In de Woonzorgwelzijnvisie Doesburg 2024-2028 zijn de prioriteiten van het lokale woonbeleid in al zijn facetten voor de komende jaren vastgelegd. De visie geeft niet alleen inhoud en richting aan de ontwikkelingen op de woningmarkt. In samenhang met wonen wordt ook bezien wat nu en in de nabije toekomst gewenst is op het gebied van zorg en welzijn. Daarbij wordt qua programma concreet ingezet op de komende vijf tot zeven jaar, met een doorkijk richting 2040. De gemeente baseert zich daarbij in belangrijke mate op het Woning-behoefteonderzoek Doesburg 2022-2040.
We hebben nog altijd te maken met een groot landelijk tekort aan woonruimte. Dit geldt ook voor de Groene Metropoolregio (GMR), waar Doesburg deel van uitmaakt. Ook van Doesburg wordt verwacht dat zij een bijdrage levert in het wegwerken van het tekort aan woningen, in die zin dat zij naast de lokale behoefte aan woningen ook gaat bouwen voor vestigers. Vestigers zijn gewenst om het betrekkelijk hoge voorzieningenniveau in stand te houden. Het kan er ook voor zorgen dat Doesburg een bevolkingsomvang houdt van minimaal 11.000 inwoners. Deze nieuwe woningen (die tevens zorgen voor doorstroming) worden met name gebouwd in het centrum van Beinum en op uitbreidingslocaties Wemmerse Woerden en Stoerwoud. ?
Doesburg heeft te maken met een gestaag groeiende groep ouderen, waarvan een deel in zijn laatste levensfase passende huisvesting met zorg behoeft. Ook deze groep hebben en houden wij in het vizier. Met stakeholders wordt bezien op welke wijze invulling kan worden gegeven aan de toenemende vraag naar wonen met zorg. Maar ook wil de gemeente met partijen bouwen aan een krachtige gemeenschap. Dit in het besef dat een structurele, integrale wijkgerichte aanpak kan helpen om de gezondheid en participatie van mensen te verbeteren.
Addendum bij woonzorgwelzijnvisie: Inventarisatie van (potentiële) woningbouwlocaties
Bij het vaststellen van de woonzorgwelzijnvisie is de afspraak gemaakt dat er een inventarisatie moet komen van (potentiële) woningbouwlocaties. Dit zogenaamde addendum bij de woonvisie is op 20 februari 2025 door de gemeenteraad vastgesteld. Of daadwerkelijk iets op de 13 toegevoegde locaties gebouwd gaat worden hebben we als gemeente weinig tot geen invloed op. Het gaat hier om locaties waar nu vooral een bedrijfsbestemming op zit. Maar wanneer de eigenaar op enig moment een woonbestemming wenst zal hieraan planologische en programmatische medewerking worden verleend. Op moment van schrijven van dit verslag spelen er een handvol serieuze woningbouwinitiatieven, variërend in woningaantallen van circa 5 tot 20.
C. Gebiedsuitwerking Liemerse Gemeenten
Binnen de kaders van de door alle regiogemeenten vastgestelde Verstedelijkingsstrategie Groene Metropoolregio wordt gewerkt aan een gebiedsuitwerking voor de Liemerse gemeenten.?
Gemeenten worden aangespoord tempo te maken met de bouw van woningen. Het woningtekort op nationaal niveau, maar ook op regionaal niveau, is aanzienlijk. Zo moeten er in de Groene Metropool Regio tot 2040 circa 100.000 woningen worden bijgebouwd, waarvan het merendeel in Arnhem-Oost, Nijmegen-West en Foodvalley-Zuid. Alle betrokkenen zijn zich ervan bewust dat het hier om een gigantische operatie gaat, waarbij de afspraak is dat nieuwbouw niet ten koste mag gaan van natuurwaarden. Het wordt aldus voortdurend zoeken naar de juiste balans tussen enerzijds stedelijke ontwikkeling en anderzijds een ontspannen leefkwaliteit, kortweg samengevat onder het motto: “Meer landschap, meer stad”.
Binnen de Liemers ligt de focus op verdichting rondom de spoorzones - de kernen Westervoort, Duiven, Zevenaar en Didam - en het versterken van het groen blauwe raamwerk. In het groenblauwe raamwerk zullen de opgaven vanuit de RES, water en landbouw een plek krijgen evenals de wensen vanuit recreatie, natuur en landschap.
2.2 (potentiële) ontwikkelingslocaties
Ook van Doesburg wordt gevraagd om naar “vermogen” een bijdrage te leveren in het wegwerken van het woningentekort. Kansen doen zich voor om met name op uitbreidingslocatie Wemmerse Woerden en Stoerwoud enkele honderden woningen toe te voegen aan de huidige voorraad van afgerond 5.450 woningen (peildatum 1-1-2025). Naast het bouwen in het duurdere segment zullen op deze twee locaties ook woningen in het lage en middensegment worden gegeven. Hiermede wordt invulling gegeven aan de ambitie om met name jonge gezinnen aan Doesburg te (blijven) binden.
Woningbouwprojecten:
nr. | Naam locatie | Prognose eindresultaat | (vermoedelijk) jaar van realisatie: |
1. | Centrumplan Beinum | Positief/Neutraal | 2028 tot 2032 |
2. | Wemmerse Woerden | Neutraal | 2027 tot 2035 |
3. | Flora 23 - 2e fase | Neutraal | 2028 |
4. | Stoerwoud | Neutraal | 2028 |
De locaties nader beschouwd:
1. Centrumplan Beinum
De wijk Beinum wordt verder uitgebreid en dat vraagt een ‘meegroeiend’ winkelcentrum. De voorgenomen herinrichting biedt kansen voor woningbouw en voorziet in een uitbreiding van het winkelvloeroppervlak van de supermarkt. Omdat de wijk Beinum nauwelijks appartementen heeft, wordt op deze locatie met name hierop ingezet, waarbij deze woningen zowel geschikt zijn voor ouderen als jongeren.
In 2025 is verder gewerkt aan het vertalen van de vastgestelde ruimtelijke kaders naar een wijziging van het omgevingsplan. De naar verwachting in het eerste kwartaal van 2026 te contracteren gebiedsontwikkelaar wordt nadrukkelijk betrokken bij het (woon)programma en de wijze waarop het parkeren naast en onder de woongebouwen wordt gerealiseerd. De procedure tot wijziging van het omgevingsplan zal naar het zich laat aanzien medio 2026 worden opgestart. Met de eigenaar van DekaMarkt zijn concrete afspraken gemaakt over verplaatsing van de supermarkt. Er wordt naar toegewerkt om gelijktijdig met de vaststelling van het omgevingsplan een vergunning voor de nieuwbouw te verlenen, waarna kan worden gestart met de eerste bouwfase. De inschatting is dat op z’n vroegst in 2032 alle woningen zijn gerealiseerd en de openbare ruimte rondom de nieuwbouw volledig opnieuw is ingericht.
2. Wemmerse Woerden
Op 14 hectare -nu nog agrarische gronden- worden in verschillende prijsklassen en zowel in de koop- als huursfeer woningen gebouwd. Met deze bouw wordt invulling gegeven aan de ambitie om meer balans te krijgen in de woningvoorraad, daarbij doelend op de Toekomstvisie Doesburg 2040. Inschatting is dat de eerste woningen op z’n vroegst in 2027 worden gebouwd.
Streven is om in 2026 het gewijzigde omgevingsplan vast te stellen. Na vaststelling wordt ná verkregen omgevingsvergunning de 1e fase van de 300 te bouwen woningen voortvarend door de ontwikkelaar opgepakt. Het bouwprogramma, de wijze waarop het openbaar gebied in opdracht en voor rekening van de ontwikkelaar woonrijp wordt gemaakt en de afspraak over de door de ontwikkelaar aan de gemeente verschuldigde kostenverhaalsbijdrage zijn contractueel vastgelegd.
3. Vervanging 59 eengezinswoningen wijk De Ooi (Flora23)
De eerste fase vervangende nieuwbouw aan de Betulastraat en Notenstraat is in 2024 opgeleverd. Met de tweede fase – vervangende nieuwbouw aan de Ribesstraat, Prunusstraat en Van Tuijlplein – is eind 2024 gestart. Streven is rond de jaarwisseling 2025-2026 deze woningen op te leveren, waarna aansluitend in opdracht van de gemeente de openbare ruimte rondom deze woningen wordt heringericht. ?Van de 59 te slopen eengezinswoningen komen er 38 terug naast circa 46 zogenaamde nultredenwoningen voor 1- en 2-persoonshuishoudens (levensloopbestendige woningen en appartementen). Met dit programma wordt ingespeeld op de toenemende behoefte aan woningen voor alleenstaanden en stellen (zonder kinderen).
4. Stoerwoud
Een bewonersinitiatief heeft ertoe geleid dat tussen De Strijp en de provinciale weg N338 op wat nu nog landbouwgrond is, plannen worden voorbereid voor de bouw van 80 tot 90 woningen. Voor het te realiseren woonprogramma is medio 2025 tussen gemeente en ontwikkelaar een intentieovereenkomst gesloten. In deze overeenkomst is ook afgesproken dat de woningen in de prijsklassen sociale huur/ betaalbare koop/ dure koop worden gebouwd en aangeboden in de verhouding 20%/ 40%/ 40%. De ontwikkelingslocatie, groot circa 3 hectare, wordt natuurinclusief. De onbebouwde ruimten worden het collectieve eigendom van de bewoners die zelf voor het onderhoud en beheer moeten zorgen. Met het bouwen in het groen van een hofjeswijk en een gezamenlijk bezit van de semiopenbare ruimte worden - naar verwachting – andere woningzoekenden bereikt dan zij die belangstelling hebben voor een woning in het centrum van Beinum en Wemmerse Woerden. De planning die de ontwikkelaar hanteert is ambitieus. Het streven is om het gewijzigde omgevingsplan in 2026 vast te stellen, waarna de benodigde omgevingsvergunning wordt aangevraagd. Wanneer alles naar wens verloopt kan in 2027 mogelijk al worden gestart met de bouw van de eerste woningen.
Paragraaf H - Wet Open Overheid
Terug naar navigatie - - Paragraaf H - Wet Open OverheidInleiding
Terug naar navigatie - Paragraaf H - Wet Open Overheid - InleidingWet open overheid (Woo)
De Woo verplicht bestuursorganen om in hun begroting en jaarrekening te verantwoorden hoe zij omgaan met deze wet in hun beleid en uitvoering. Deze wet geldt sinds 1 mei 2022 en vervangt de oude Wet openbaarheid van bestuur (Wob). De Woo gaat ervan uit dat inwoners recht hebben op overheidsinformatie. De overheid moet deze informatie actief openbaar maken of op verzoek verstrekken.
De overheid moet haar informatie goed ordenen, beheren en toegankelijk maken. Zo kunnen inwoners altijd en op tijd de juiste informatie vinden of opvragen. De overheid publiceert verschillende soorten documenten per informatiecategorie in fases. Deze worden per Koninklijk Besluit vastgesteld. Elke overheidsinstelling dient deze documenten op een op een eigen platform te publiceren met de mogelijkheid om deze informatie te hergebruiken op andere platforms van de overheid.
Woo en Doesburg
De Woo heeft drie hoofdonderdelen: passieve openbaarmaking (op verzoek), actieve openbaarmaking en het op orde brengen van de informatiehuishouding. Bij actieve openbaarmaking moet de gemeente Doesburg in fases 11 informatiecategorieën openbaar maken. Wij volgen deze landelijke fasering zoveel mogelijk. Een jaarlijkse monitor over de implementatie van de Woo toont hoever de gemeente Doesburg gevorderd is met de uitvoering. Op de website 'Open Overheid' (https://woo.doesburg.nl) openbaart de gemeente actief informatie met de mogelijkheid om ook gemeentelijke informatie op andere websites te raadplegen. Daarnaast kan iedereen altijd vragen om bepaalde informatie openbaar te maken. De opgevraagde documenten delen wij met de verzoeker én publiceren wij ook op 'Open Doesburg'.
Een belangrijke voorwaarde voor een goede invoering van de Woo is een ordelijke informatiehuishouding. De verbetering van de informatiehuishouding is in Doesburg niet nieuw. Door zaakgericht werken en digitalisering zetten wij continue stappen, bijvoorbeeld bij het bewaren en toegankelijk maken van digitale informatie in een e-depot (digitale archiefbewaarplaats).